De zaligsprekingen passen helemaal in dat kader. Ze vormen de ouverture van de Bergrede. Men heeft wel eens gezegd dat het hele evangelie samengevat ligt in die enkele zinnen. Het zijn eigenlijk gelukwensen. Een vreemd soort, dat wel. In het Oude Testament komen ook dergelijke spreuken voor, maar dan gaan die over een lang en gelukkig leven, over ge-zondheid, welstand en een kroostrijk gezin. Jezus pakt het heel anders aan. Datgene waarvoor Hij mensen gelukwenst, ligt zeker in onze ogen niet zo voor de hand: treuren, hongeren en dorsten, vervolgd worden - wij zouden er geen reden in zien om iemand daarmee geluk te wensen.
Maar het is Jezus te doen om dat ene: hoe raakt God bij de mensen? Wat is er van de kant van de mensen vereist opdat God werkelijk hun God zou kunnen zijn? De zaligsprekingen wijzen daarvoor wegen aan. Waar in onze lezing 'gelukkig' (of 'zalig') staat, vertaalt de Franse jood A. Chouraqui: 'En marche.' Vooruit, jullie zitten goed. Dat is de weg. Meteen wordt duidelijk welke wegen niet goed zijn. Of juister: welke obstakels het voor God onmogelijk maken om bij ons te komen.
Als je aan jezelf genoeg hebt, zegt Jezus, sakker dan niet dat God onvindbaar en veraf is. Hoe zou Hij immers bij je kunnen komen? Je bent gewoon onbereikbaar. De 'armen van geest' hebben juist niet aan zichzelf genoeg. Zij kijken uit naar Diegene die komende is. Zij houden de weg open waarlangs God hen kan benaderen. Als het leed van de wereld je niet raakt, dan kan ook God niet bij je raken. Hij is alleen bereikbaar voor mensen die snakken naar steun en vertroosting, naar gerechtigheid en liefde. Bij harde machthebbers kan Hij even¬min binnen. Hij komt immers niet met vertoon van 'overmacht'. Hij komt als de zachtmoedige en nederige, als diegene die dient.
Hij die de Waarheid is, kan niet thuiskomen bij diegenen van wie het hart niet zuiver is. Ze zouden Hem meteen buitengooien, want de duisternis schuwt het licht. Wie vindt dat je alleen met vechten en knokken iets bereikt in de wereld, heeft bij voorbaat al de weg afgesneden waarlangs God wil komen. God kiest immers de weg van de vredesbrengers, hoe slecht hun kansen er in onze wereld ook mogen uitzien. De zaligsprekingen doen ons nadenken over de voorwaarden die wij aan God stellen om onze God te zijn. Als die verkeerd zijn, kan God ons niet bereiken, want we maken onszelf onbereikbaar.