Aswoensdag (2010)

Er sterven altijd veel mensen in deze kille wintermaanden. En de laatste tijd ben ik ook af en toe in het hospice geweest of heb ik thuis met mensen kunnen praten over hun leven dat stap voor stap ten einde loopt. Iedereen maakt de balans op, kijkt terug, vertelt graag zijn of haar verhaal. Niet een historisch overzicht, maar een reeks van scharniermomenten, toen mensen hebben genoten van het leven en ook toen ze hard met zichzelf werden geconfronteerd. Het is een terugblik naar momenten waarop naar buiten kwam wie ze echt waren, in hun kracht en in hun zwakte.
Ik hoop dat wij, zoals we hier bij elkaar zijn, nog een flinke tijd voor de boeg hebben. De lezingen van Aswoensdag nodigen ons wel uit om even een pas op de plaats te maken en naar onszelf te kijken, naar onze kracht en onze zwakte. De profeet Joël roept in zijn tijd op tot vasten omdat hij het gevoel heeft dat het einde der tijden nadert, met de dag van het laatste oordeel. Voor hem is het nu of nooit. Nu kan het volk zich nog bekeren; nu heeft het nog een kans om een betere weg te kiezen. Kansen pakken in het hier en nu: dat lijkt me ook een uitdaging voor ieder van ons. We kunnen wel eindeloos doorgaan met onze slechte gewoonten. Het is beter op bepaalde terreinen het roer hier en nu om te gooien en een nieuwe start te maken. In de krant las ik over een middelbare school in Rotterdam, het Laurenscollege. De leerkracht die speciale aandacht heeft voor de katholieke identiteit van de school had witte polsbandjes gekocht. Leerlingen konden die kopen om te dragen tijdens de vasten. Ze maakten zichzelf dan een goed voornemen, bijvoorbeeld veertig dagen niet 30 sms-jes verzenden maar alleen als het echt nodig was. Zo waren er meer voorbeelden, want de polsbandjes vonden gretig aftrek. Zelfs van ouders was er vraag naar; bijvoorbeeld een ouderpaar dat zich voornam om tijdens de vastentijd geen ruzie met elkaar te maken waar de kinderen bij waren. Zo zijn er tal van dingen te bedenken waardoor we de kwaliteit van ons leven kunnen verhogen, meer tot echt leven kunnen komen. Meer tijd nemen voor rust en stilte bijvoorbeeld, zodat je daarna echte aandacht kunt hebben voor de mensen om je heen. En ook een gezondere leefstijl, of een leefstijl met meer aandacht voor het milieu en het welzijn van de makers van de producten die je koopt, en het welzijn van de dieren wier vlees je eet.
Er zijn ook mensen die echt gaan vasten, meestal om hun eigen lichaam eens goed te reinigen, om overtollig vet kwijt te raken en opgeslagen gifstoffen af te voeren. Ik heb zelf de ervaring dat je je veel fitter kunt voelen na een vastenkuur. De rust die je gauwer neemt als je een tijd echt vast is ook al zo weldadig. Het vasten helpt je om minder door te hollen en meer contact te krijgen met de gevoelens en verlangens die op een wat dieper niveau in je leven. Matteüs roept ons op om niet een somber gezicht op te zetten zoals de huichelaars, die iedereen willen laten zien dat ze aan het vasten zijn. Als mensen nu vasten, dan lopen ze daarmee denk ik niet zo te koop. Je doet het voor jezelf. Wel is mijn ervaring dat je jezelf tegenkomt als je meer rust neemt en gaat vasten. Dus als er onrust en bijvoorbeeld onverwerkt verdriet in je leeft, dan komt dat naar de oppervlakte. Ik hoop dat we dan de moed hebben om het er te laten zijn. Wat je wegdrukt komt via een achterdeur toch terug. Wat je wegdrukt heeft toch onderhuids invloed op je leven. Daarom is het beter om het naar boven te laten komen en onder ogen te zien wat er in je leeft. Dat je probeert er mee in het reine te komen. Juist dan kan de kwaliteit van ons leven groeien.
Straks ontvangen we het askruisje. Ik zelf zal ook de lectrice vragen om mij het kruisje te geven. Het is een ritueel dat me dierbaar is. Ik zeg er niet bij wat vroeger altijd gezegd werd, want dat weten we onderhand wel. Dat we stof zijn en tot stof zullen wederkeren. Dat weten die mensen in het hospice en mensen die thuis toeleven naar het einde ook wel. Als ik met hun spreek gaat het niet over sterven, maar juist over leven, over leven, door de dood heen, naar God toe. Ik hoop dat wij nog een flinke tijd op aarde voor ons hebben. En daarin mag best wat meer leven, meer kwaliteit komen. Daarom zeg ik bij het toedienen van het askruisje: Kind van de aarde, kom tot nieuw leven. Moge deze viering daartoe bijdragen.