Eerste communie, gezien door verschillende brillen (2007)

Pastoor Harrie Brouwers vertelt in ‘tot uw dienst' over zijn bezoek aan de eerste communicanten. Eerst ging het over de kerk met de toren en de klokken. Daarna vroeg hij: "stel je eens voor dat die kerk er niet stond. Zouden de mensen de kerk missen. Anja zei: "Mijn oma wel, want wij kunnen pas bij haar op bezoek als de kerk uit is". Peter zei: "mijn opa is hier in de kerk begraven". En Thomas:   "je kunt ook begraven worden zonder kerk". De pastoor vroeg toen opnieuw: "zou de kerk echt nodig zijn?". "Neen, de kerk had mooie dingen, kaarsen en huwelijksmissen, maar ze zouden hem niet erg missen. De school, de winkel, het gemeentehuis en de speelgoedwinkel waren belangrijker. En God, zo hadden ze begrepen, die was toch overal. Hij was net zo graag buiten. Toen stak Lieve haar handje omhoog en zei zachtjes tegen de pastoor: "Ik zou dit het ergste vinden voor u, u woont daar toch". Een heel herkenbaar verhaal wat je in iedere parochie zou kunnen tegen komen.
Voor veel ouders, die tegenwoordig hun kind de eerste communie laten doen, voorziet het kerkgebouw niet meer in hun eerste levensbehoeften. Wanneer ze er komen is het geen plaats meer waar je stilte in acht moet nemen uit eerbied voor de aanwezigheid van Christus. En bij het versieren is er vaak een sfeer alsof men in een gemeenschapshuis bezig is. Wat kinderen en ouders gemaakt hebben moet tot hun recht komen maar ook het heilige moet zijn plaats blijven krijgen. Dit gebeurt zonder kwade bedoelingen, maar tekent het levensgevoel van de hedendaagse mens. Het accent ligt zwaar op het laten zien wat de kinderen allemaal geleerd hebben terwijl de aandacht voor wat Jezus bij het laatste avondmaal voor ons deed vaak gezien wordt als een noodzakelijk ritueel. Bezinning en open staan voor wat God ons te zeggen heeft, krijgt nauwelijks ruimte. De eerste communie is voor velen dan ook een fijn feestje wat je het kind niet kunt onthouden.
Voor een kleinere groep, die serieus met het geloof bezig wil zijn, is de eerste communie een gebeuren dat past bij  hun leven of wordt een gelegenheid om het contact met de kerk weer meer te zoeken. Voor de kinderen zelf is de communie vaak een onvergetelijke dag en jaren later weet menigeen nog ruimschoots te vertellen wat gezongen en gezegd werd. Dit mogen wij hun zeker niet onthouden. Alleen is het jammer dat de eerste communie door velen niet meer beleefd wordt als een stap om steeds meer te vertrouwd te raken met het leven van de kerkgemeenschap. Het kerkgebouw als huis van God komt op de achtergrond.
Het kerkgebouw is ook de plaats waar het geloof gevoed wordt zoals thuis de tafel (of voor sommigen het aanrecht) waar men de nodige voedingsstoffen tot zich neemt. De kerk brengt ordening aan in ons leven. Er wordt niet gewacht tot wij er aan toe zijn om iets te vieren, maar  het wordt ons dagelijks aangereikt. Er wordt gelezen uit de Schrift, uitleg en getuigenis wordt gegeven en wij ontvangen in de communie het leven van de Heer. Het kind dat een verband legde tussen de pastoor en het kerkgebouw, voelde intuïtief aan dat voor een priester het kerkgebouw een thuis is. "U woont daar", zei en kind fijntjes. En ze bedoelde: de kerk geeft aan de pastoor een plek waar hij zichzelf kan zijn in de ontmoeting met God. En waar hij voelt, bij het vieren van de sacramenten, dat hij gastheer mag zijn om in dit huis  samen met andere mensen God te mogen ontmoeten.
Misschien staan wij te weinig stil bij het woord ‘eerste communie'. Het voor de eerste keer deel nemen aan het leven van de gemeenschap vraagt om een vervolg. Door God te vinden in de natuur benoemen wij Hem als een aanwezige kracht.  Door God te vinden bij Christus in de gemeenschap van de kerk mogen wij Hem aanspreken, niet alleen als de Vader van Jezus, maar ook de Vader van ons allen. Moge voor onze communicantjes de eerste communie de eerste stap worden om steeds meer binnen te treden in het leven van de kerkgemeenschap.