Op een wereldkaart

In de veertigdagentijd kan er een kaart van Palestina en van de wereld in de kapel hangen. We leggen immers nogal wat weg af tijdens de Vasten.

Tocht

Wij gaan met Jezus vanuit de woestijn (Eerste zondag) naar een berg in Galilea Tweede zondag) en trekken met hem verder naar de hoog gelegen stad Jeruzalem. Wij horen hoe hij reageert op de voorvallen van de dag (Derde zondag) en wat hij verteld over zijn omgang met tollenaars en zondaars (Vierde zondag). Hij wordt geconfronteerd met een vrouw die wordt aangeklaagd door Schriftgeleerden en Farizeeën (Vijfde zondag). Wij zijn met hem op Palmzondag wanneer hij, gezeten op een ezel, van langs de helling van de Olijfberg de stad binnentrekt, waar hij een aantal dagen later op de Calvarieberg gekruisigd wordt. Wanneer wij op de paasochtend bij het graf staan horen wij twee mannen zeggen: Waarom zoeken jullie de levende onder de doden? Hij is verrezen.

Op de tweede zondag vangen Petrus, Johannes en Jacobus al een glimp op van een getransfigureerde Jezus. Het is op deze tweede zondag al een beetje verrijzenis.

Wij gaan doorheen de veertigdagentijd aan de hand van teksten uit het oud testament Wij trekken mee met een zwervende Arameeër vanuit Egypte door de woestijn naar het land bij de Jordaan (Eerste zondag); Wij stappen op met Abraham (Tweede zondag), met Mozes (Derde zondag) en Jozua (Vierde zondag).

Mozes en Elia

Wij delen in de droom van Jesaja, die het einde voorspelt van de ballingschap. Hij richt ons naar de toekomst, naar het nieuwe dat aanbreekt (Vijfde zondag), maar Jesaja houdt ons op Palmzondag toch het gelaat van een man van smarten voor ogen. Ja, dit door lijden getekend gelaat is niet ver af wanneer Jezus op de berg in gesprek is met Mozes en Elia. Die twee grote gestalten uit de Joodse geschiedenis spraken er met Jezus over zijn heengaan, over zijn passie en lijdensweg, die hij zal voltrekken in Jeruzalem.

Het verhaal van de transfiguratie gaat over heerlijkheid en uittocht, over doxa en exodus. Doxa, het Griekse woord bij Lucas, betekent heerlijkheid en her andere Griekse woord exodus betekent uittocht. Voor de heerlijkheid gaan we felle kleuren gebruiken en voor de uittocht doffe. Vaak lopen die kleuren door elkaar wanneer we naar de wereldkaart kijken, naar plaatsen waar er vreugde is en, naar plaatsen waar wordt geleden.

We houden onze blik gericht op de wereldkaart dankzij Paulus. We lezen in de veertigdagentijd uit de brieven die Paulus schreef naar de christelijke gemeente in Rome, in Korinthe, in Filippi. Ze worden tot vandaag gelezen door veel christenen in de wereld, in Mongolië en in Madagaskar, in New York, in Guatemala en hier in eigen land. Overal ter wereld bereiden christenen zich in de Veertigdagentijd voor op Pasen. En zijn er mensen die luisteren naar Jezus.

Vastenactie

Wij hebben de wereldkaart nodig om acties van Broederlijk Delen te situeren. Dit jaar richt Broederlijk Delen ons naar Guatemala en op het lot van de boeren aldaar. Deze acties maken ons bewust van de grote tegenstellingen in de wereld, maar ook van onze mogelijkheid om vanuit solidariteit bij te dragen tot transformatie. Holy Guacamole –Geef boeren eigen grond om voedsel te telen. No tierra = no vida! Geen grond is geen leven.

Op de Thabor

Op de kaart van Palestina vinden we de berg Thabor aangeduid. Er staat daar een kerk. Maar dit is niet voldoende om te beweren dat daar de Gedaanteverandering plaats had. Het zou ook de Hermonberg kunnen zijn. Sinds Origines nemen velen aan dat de Thabor toch de berg was waar het visioen plaats had. Hij is bijna 500 meter hoog en valt op in de streek. Het is een verhaal dat wij bij de drie synoptici vinden, maar elk met een eigen accent en toch dezelfde bedoeling om de identiteit van Christus aan te duiden. Heel belangrijk is de stem die klinkt uit de wolk: “Deze is mijn Zoon, de uitverkorene, luister naar hem” (Lc 9,35). De wolk is het teken van goddelijke presentie.

Lucas geeft aan dat Jezus de berg optrok om te bidden; Een berg is een plek van verademing na inspanning, een plaats van stilte, waar de hemel de aarde dichterbij komt.

In het Eerste Testament kreeg de Sinaï, de Horeb een grote betekenis. Daar sprak Mozes met God; daar hoorde Elia in het suizen van de wind de stem van God. In het verhaal over de Transfiguratie staan deze twee grote naast Jezus. Daarmee wordt bevestigd dat God een God is van levenden en niet van doden.

Jezus is meer dan Mozes, de wetgever en meer dan Elia, de profeet. Misschien zei Mozes tot Jezus: “U bent degene die ik heb vooraf gebeeld bij het offeren van het lam en het vieren van Pasen.” Elia heeft misschien gezegd: “Ik heb Uw verrijzenis geanticipeerd wanneer ik de zoon van de weduwe deed opstaan.”

Jezus, hij is Gods geliefde zoon. Hij is broeder van ons allen. Elke mens op deze wereld is door God bemind.

Op de Thabor neemt Jezus slechts drie leerlingen mee. Deze drie zijn bij hem wanneer hij gaat bidden in de Hof van Olijven. Zij en de andere apostelen slaan daar op de vlucht wanneer soldaten Jezus gevangen nemen. Jezus stierf, door zijn leerlingen verlaten, aan het kruis op Golgota. Als verrezen verzamelt hij zijn leerlingen opnieuw op een berg in Galilea. Daar zegt Jezus tot de elf: “Mij is alle macht gegeven in de hemel en op de aarde. Gaat dus en maakt alle volkeren tot mijn leerlingen en doopt hen in de naam van de Vader en de Zoon en de heilige Geest” (Mt. 28,18-19).

Naar het dal van elke dag

Wie op een berg staat, moet terug naar beneden. Terug naar het dal, waar wij niet mogen vergeten wat wij boven hebben gezien. We weten niet hoe de tocht verder verloopt, maar dat dit licht mag blijven schijnen:

Maarten Luther King werd vermoord op 4 april 1968. De dag voordien had hij in de Mason temple in Memphis tijdens een massale manifestatie: gezegd: “Ik weet niet wat er zal gebeuren. Moeilijke dagen liggen voor ons. Omdat ik, op de top van de berg gestaan heb, maakt mij dat niets meer uit. Ik heb op de top rondgekeken en heb het Beloofde Land gezien. Zoals alle mensen, zou ik graag lang leven. Het is iets moois oud te mogen worden. Maar dat is nu voor mij geen zorg meer. Ik wil alleen Gods wil vervullen.”

“Well, I don't know what will happen now. We've got some difficult days ahead. But it really doesn't matter with me now, because I've been to the mountaintop. And I don't mind. Like anybody, I would like to live - a long life; longevity has its place. But I'm not concerned about that now. I just want to do God's will. And He's allowed me to go up to the mountain. And I've looked over. And I've seen the Promised Land. I may not get there with you. But I want you to know tonight, that we, as a people, will get to the Promised Land. So I'm happy, tonight. I'm not worried about anything. I'm not fearing any man. Mine eyes have seen the glory of the coming of the Lord. Maarten Luther King verwees naar de berg Nebo, vanwaar Mozes een blik had op het Beloofde Land.

Voor Jezus was de berg Thabor al een wenk naar de Calvarieberg. Eens breekt de dag aan, waarop Jezus alle mensen naar zich toetrekt. Dan gaat een visioen van Jesaja in vervulling dat alle volkeren zullen optrekken naar de berg van de Heer (Jes. 2,2-5). Wij hebben daar de hoge troon voor ogen, waarop Jezus zal zetelen en de volkeren zal oordelen en aan elk van ons de vraag zal stellen of we hem hebben erkend als hij klein, zwak, als dakloze en vluchteling onder ons aanwezig was en is.

De stap op de wereldkaart begint dicht bij huis, in onze straat.