2e zondag in de Paastijd C - 2016

Zusters en broeders,

‘Vrede zij u’ zijn de woorden waarmee Jezus na zijn verrijzenis zijn apostelen begroet. Om hen te overtuigen dat Hij geen spook is, toont Hij hun zijn  handen en zijn zijde, en herhaalt Hij: ‘Vrede zij u.’ En Hij voegt eraan toe: ‘Zoals de Vader Mij gezonden heeft, zo zend Ik u. Ontvang de heilige Geest. Als gij iemand zonden vergeeft, dan zijn ze vergeven. Als gij ze niet vergeeft, zijn ze niet vergeven.’

Vergeven is dus een basisgegeven van ons christen zijn, anders had Jezus het niet zo uitdrukkelijk als opdracht meegegeven. Hij besefte dat het een zeer moeilijke opdracht was, want eerst blies Hij zijn Geest over zijn apostelen. ‘Ontvang de heilige Geest’, zegt Hij, want alleen met hulp van zijn Geest zullen ze kunnen vergeven.

‘Hoe dikwijls moet ik vergeven?’, had Petrus vroeger eens gevraagd. ‘Tot zeven, keer toe?’ En Jezus had geantwoord: ‘Niet tot zeven keer toe, maar tot zeventig maal zeven keer toe moet je vergeven.’ Dat getal stond in die tijd gelijk aan eindeloos. We moeten dus eindeloos dikwijls, anders gezegd, altijd vergeven.

Kunnen we dat: altijd en alles vergeven? Ook vreselijke dingen zoals moord, marteling, verkrachting? Moeten we de immense wreedheid van het nazisme, het communisme en het moslimterrorisme vergeven? Moeten mensenhandelaars, die mensen als dieren behandelen en hen vaak de dood injagen, vergeven worden? En kan er vergeving zijn als er geen schuldbekentenis is, geen spijt en geen berouw? Jezus zegt ook: ‘Wees barmhartig zoals uw hemelse Vader barmhartig is.’ Is Gods barmhartigheid absoluut? Gaat zijn barmhartigheid boven gerechtigheid? Om een voorbeeld te geven: Heeft God met open armen de beulen en de moordenaars van het nazisme en het communisme verwelkomd, en begroet Hij vandaag met liefde en vreugde de moslimterroristen die zelfmoord plegen om zoveel mogelijk mensen te vermoorden en anderen grenzeloos te kwetsen? Ontvangt God ook met liefde de moslims die in Parijs en in Brussel zoveel mensen vermoord en verminkt hebben? En zullen de verminkte slachtoffers en de nabestaanden van de doden hen ooit kunnen vergeven? Zouden wij dat kunnen?

Barmhartigheid en vergeving: het zijn en het blijven moeilijke begrippen. Wat heeft Jezus precies bedoeld, en hoever gaat Gods barmhartigheid? Ik denk dat we dat niet kunnen weten. Maar wat we wél weten is, dat als we iets moeten ondergaan, dat nooit mag leiden tot haat, tot wrok en tot wraak. Geweld beantwoorden met geweld, misbruik met misbruik, wreedheid met wreedheid … dat kan niet. ‘Vrede zij u’, zei Jezus na zijn verrijzenis, en die vrede wenst Hij alle mensen toe, ook mensen die wrede en vreselijke dingen doen. Dingen die ze niet zouden doen mochten ze zijn vrede willen ontvangen.

Zusters en broeders, altijd iedereen en altijd alles vergeven blijft een heel moeilijke opdracht, waarbij we moeten oppassen dat we niet dezelfde weg gaan als de daders. Dat we dus uit zijn op haat, op wrok en op wraak. Dat kan zeker niet. Of verwensen en slechte dingen toewensen: ook dat kan niet. Wat we wel kunnen doen, en zeker moeten proberen doen, is ons spiegelen aan Jezus. Je weet wat Hij bad op het kruis: ‘Heer, vergeef het hun, want ze weten niet wat ze doen.’ Dat bad Hij voor hen die Hem tot de kruisdood hadden veroordeeld, en voor hen die deze wreedheid uitvoerden. Mochten ook wij dat doen: ten minste vragen aan God onze Heer dat Hij zou vergeven als wij het zelf niet kunnen. Niet veroordelen, geen kwaad toewensen, maar bidden om vergeving. En ook bidden om vrede, en om het ijzersterke geloof van Thomas. ‘Mijn Heer en mijn God’, roept hij uit, en dat is de sterkste geloofsbelijdenis die we kennen. Mochten ook wij dit kunnen belijden, zodat we - om het met de woorden van de evangelist te zeggen - zouden ‘geloven dat  Jezus de Christus is, de Zoon van God, opdat we door te geloven leven mogen bezitten in zijn Naam.’ En leven bezitten in zijn Naam, dat is leven vol liefde, vol vrede en ook vol vergeving. Een leven dat Jezus ons heeft voorgeleefd. Amen.