Kies voor het beste deel - en maak u niet te druk!

16e zondag door het jaar Cyclus C 2013 Genesis 18, 1-10a

Lucas 10, 38-42

Kies voor het beste deel - en maak u niet te druk

 

Beste vrienden,


Een droom kan soms zeer aangenaam en behulpzaam zijn. Vooral als hij een oplossing levert voor een probleem wat je al lang bezighoudt. Misschien heeft het evangelie van vandaag bij u ook de een of andere vraag naar boven laten komen, of misschien heeft u zich aan één of ander punt ervan wel geergerd. Daarom zou ik u van een fictieve droom willen vertellen die voor mij een heel ander licht heeft geworpen op die ontmoeting van de beide zusters met Jezus.
In het huis van Martha en Maria heerste een opgewonden drukte. Want bij het inkopen op de markt had Martha die ochtend een Rabbi ontmoet die bij de bron zijn leerlingen onderwees. Zonder zich iets aan te trekken van de nieuwsgierige mannenblikken was Martha aan de rand van die groep gaan staan. Hoe meer ze naar die Rabbi luisterde hoe meer begeestering voor zijn boodschap er in haar opkwam. Ze was helemaal gefascineerd door zijn persoonlijkheid. Het was heerlijk om naar Hem te luisteren en om te horen hoe Hij, met heel eenvoudige woorden, de Schriften uitlegde en voor iedereen begrijpelijk maakte.
Toen de Rabbi uitgesproken was raapte Martha al haar moed bijeen en sprak Hem aan: “Meester, ik ben Martha. Uw woorden over God en zijn rijk hebben mij diep getroffen. Zelfs een eenvoudige vrouw zoals ik kan begrijpen wat u ons wil zeggen. Maar ik heb gezien dat u geen proviand bij u heeft. Mag ik u uitnodigen om gast te zijn in mijn huis? Mijn zus Maria zou blij zijn om u te ontmoeten en uw woorden zouden haar zeker ook goed doen. En Jezus antwoordde: “Martha, bedankt voor je uitnodiging, Ik neem haar graag aan. Ik zal jullie straks bezoeken.
Martha haastte zich met haar aankopen naar huis en vertelde aan haar zus over de jonge Rabbi, over zijn goede woorden en dat Hij hen zou bezoeken. Zoals Martha had vermoed, was ook Maria heel blij dat Hij bij hen te gast zou zijn. Martha begon onmiddellijk op te ruimen en te poetsen, want alles moest aan kant zijn als de gast zou komen. De Rabbi moest toch kunnen aanvoelen dat zijn bezoek voor hen heel bijzonder was.
Eindelijk was het zover: Jezus kwam binnen en van het eerste ogenblik voelde Martha dat haar zus even begeesterd van Hem was dan zij zelf. Ze hing aan zijn lippen en wilde geen enkel van zijn woorden missen. Dat kon Martha best begrijpen, want haar was het op de markt net zo vergaan. Maar na enige tijd ergerde ze zich aan haar zus. Had die dan niet door dat het eten nog niet klaar was? De tafel moest nog worden gedekt en de wijn moest nog worden klaargezet. Maar alles bleef maar weer eens aan haar hangen. En Maria? Die zat aan de voeten van Jezus en bekommerde zich om niets.
Nadat ze haar frustratie een tijdje had opgepot werd het haar toch te veel. Misschien zou Jezus haar kunnen helpen. Met één oor hoorde ze vanuit de keuken dat Hij ervan sprak dat er in het Rijk Gods geen ongerechtigheid meer zou zijn. Maar dat zij al het werk moest doen en haar zus zich daar niets van aantrok, dat was toch ook ongerechtigheid! Tenslotte wilde zij, Martha, toch ook nog wat meer horen van wat Rabbi Jezus over het rijk Gods te zeggen had. Dus vroeg Martha Jezus om zijn steun: “Heer, kan het u niet schelen dat mijn zuster mij al het werk alleen laat doen? Zeg tegen haar dat ze mij moet helpen.” En daarbij keek ze Jezus hoopvol aan, maar Jezus zegde: “ „Martha, Martha, je bent zo bezorgd en je maakt je veel te druk. Er is maar één ding noodzakelijk. Maria heeft het beste deel gekozen. En dat zal haar niet ontnomen worden.”
Die zat! Martha was er sprakeloos van, en dat gebeurde niet dikwijls. Normaal wist ze altijd wel een antwoord te vinden. Maar eer ze terug op haar positieven was had Jezus zich al terug tot Maria gewend. Helemaal ontdaan ging Martha terug naar de keuken. Ze stond er nog toen haar buurman Zacharias aan de keukendeur aanklopte. Hij had van Jezus' bezoek wind gekregen en begroette Martha met de woorden: “Vrede met U Martha. Ik heb gehoord dat rabbi Jezus hier is; Weet ge, ik heb Hem al eens ontmoet en wou je vragen of ik me ook bij Hem mag zetten. Ik zou graag naar zijn woorden luisteren.
„Ga maar binnen“, antwoordde Martha vol bitterheid, “zet je maar aan zijn voeten zoals mijn zus, en laat mij maar al het werk doen.” - “He Martha, wat heb je? Ben je dan niet blij met zijn bezoek?” vroeg Zacharias verbouwereerd. “Natuurlijk ben ik blij. Ik heb Hem immers zelf uitgenodigd. Maar het is weer zoals altijd: ik zwoeg me hier af om mijn gast goed te verzorgen en Maria zit bij zijn voeten, hangt aan zijn lippen en doet helemaal niets. En stel je voor, Jezus geeft haar ook nog gelijk! Hij zegt mij dat zij het beste deel heeft gekozen en dat men haar dat niet mag afnemen. Dat mijn werk zo weinig wordt gewaardeerd, dat had ik van iedereen verwacht, maar toch niet van Jezus, Ik ben erg ontgoocheld!”
„Maar Martha”, antwoordde Zacharias, “ik kan me niet voorstellen dat Jezus jou zou willen kleineren of je werk gering zou schatten. Heeft Hij dan niet gemerkt hoeveel moeite jij hebt gedaan voor zijn bezoek?” “Zeker”, gaf Martha toe. “De moeite en het werk heeft Hij wel gezien, Hij heeft zelfs gezegd dat ik me daarbij veel te druk maak. Maar wat moet ik dan doen? De gastvrijheid eist dat van mij, en daar Maria helemaal geen hulp is, moet ik het werk wel alleen doen. Doorgaans vind ik dat ook helemaal niet erg. Maar dat Maria, die helemaal niets doet, in zijn ogen beter wordt geacht, dat doet me erg pijn.”
Zacharias begreep Martha's ontgoocheling goed. Hij dacht even na en zei toen: “Martha, ik geloof niet dat Jezus jou wilde kleineren met zijn woorden, ik denk eerder dat Hij je wilde helpen. Kijk eens: Hij heeft gezien hoeveel moeite je hebt gedaan. Maar Hij wijst jou erop dat dat allemaal ook te veel kan worden. Je weet toch zelf wel hoe snel het allemaal kan gaan. We werken en werken altijd maar voort en merken niet hoe ons leven intussen voorbijvliegt zonder dat wij de tijd gebruiken om ook iets voor ons geestelijk leven te doen. We kunnen heel de dag werken zonder ook maar één enkele keer aan God te denken. Onze zorgen en onze voortdurende bezigheid hinderen ons eraan om ook maar even aan Hem te denken en Hem een plaats in ons leven te geven. En zo, zegt Jezus, mag het niet zijn. Voor God is is niet alleen datgene wat wij alle dagen presteren van belang. Bij Hem is vooral belangrijk dat we een goede relatie, een goed kontakt met Hem hebben.”
„Dat wil ik toch ook“, zei Martha. „Ik wil dat God een vaste plaats heeft in mijn leven. Maar het doet me toch pijn wanneer dat wat ik doe niet wordt gerespecteerd. Maria maakt het zich gemakkelijk, en wordt er ook nog voor geprezen. Ik vind dat onrechtvaardig!”
„Martha“, zei Zacharias, „ herinner u wat er in het boek prediker staat: Er is een tijd voor alles. Een tijd om te werken en ook een tijd om naar het woord Gods te luisteren. Een tijd om te nemen en ook een tijd om te geven. Maria heeft de korte tijd die Jezus bij jullie doorbrengt benut om naar zijn woorden te luisteren. Jij hebt dat niet gedaan en nu ben je ontgoocheld omdat je het gevoel hebt dat je alleen hebt gegeven en niets hebt teruggekregen. Doe me een plezier en neem het je zus niet kwalijk. Jullie beiden vullen elkaar perfect aan. Als ik je een raad mag geven, Martha, dan deze: wees een beetje zoals Maria.” - „ Maar Zacharias, zo dromerig als Maria is, dan zou het er hier weldra uitzien als in een zwijnenstal.” – „een beetje maar, heb ik gezegd, lieve Martha, een beetje maar.” glimlachte Zacharias. “Jij kan niet uit je vel, maar misschien helpt het wanneer je, net als je kleine zus, ook eens iets gewoon zou kunnen aannemen, zonder direct iets terug te moeten geven. Je relatie met God, die is belangrijk, en niet of je alle prestatieeisen van de maatschappij kan vervullen. Met de relaties met onze naasten is dat ook zo.Het is goed wanneer we het leven met elkaar delen, wanneer we elkaar de ruimte geven voor onze onderscheiden noden en begaaafdheden – en dat zonder telkens weer te moeten nadenken of we wel genoeg hebben gedaan. Elke gemeenschap, zij het een familie, een dorp of een parochiegemeenschap leeft omdat haar leden elkaar aanvullen. Wij moeten er telkens weer voor oppassen dat wij de anderen niet geringschatten omdat ze niet zo handelen zoals wij het zouden doen. In de omgang met elkaar, en vooral ook met God, heeft ieder van ons zijn eigen bevoegdheid. Het komt erop aan elkaar aan te vullen.” „Och Zacharias...“ hoorde ik Martha nog zeggen, en dan werd ik wakker.
Of Martha nog samen met Zacharias bij Jezus is gaan zitten? Of ze het met haar zus achteraf heeft uitgepraat? Daarover na te denken zou zich voor ieder van ons wel eens kunnen lonen. Amen