De koning dient

×

Waarschuwing

JUser: :_load: Kan gebruiker met ID: 233 niet laden

Na de gebeurtenissen van augustus ‘93 zou je kunnen zeggen: je moet maar in België wonen om te weten wat een koning is. En wat verering is van een koning. Dat is echter een slecht begin voor deze dag van Christus Koning. Het heeft er namelijk niets mee te maken...

Het feest van Christus Koning is een jong feest. Het is maar een goeie 70 jaar oud. Het is meer bepaald van 1925. Van na de eerste wereldoorlog dus. De groten der aarde hadden gefaald. Zij hadden het niet waargemaakt. Hun macht is maar klatergoud gebleken. Zij hebben aan mensen geen stevigheid, geen stabiliteit kunnen geven. Voor een betrouwbaar fundament moet je elders en hoger gaan zoeken.

Het gevolg was, dat al wat katholiek was, ging spreken over een andere koning. Over een koning, niet van één of ander koninkrijk, maar over een koning van het heelal. Aan die koning zweren wij trouw. Hij alleen verdient dat!

Het was ook een beetje de tijd van het militaire uniform, van de optochten en van publieke wervingsacties. Getuigen was meer dan een overtuiging hebben: het was manifesteren, veroveren, mensen winnen of tenminste hun ziel winnen.

Die tijd is echter verleden tijd, want na de tweede wereldoorlog was het nog eens duidelijk: geen torens blijven staan, geen monumenten van helden blijven overeind. Het heldendom heeft afgedaan. Niemand kan daarop nog een beroep doen om kinderen op te voeden, om ze te voeren tot grote offers voor outer en heerd, voor kerk en school en vaderland.

Nu gebeurt zelfs het tegenovergestelde. Nu leven we in een sfeer van moederlijkheid, van mededogen voor de mislukte, de geslagen mens, voor de verworpenen der aarde, voor de verknechte mens, voor de verongelijkten over heel de wereld.

Wat kan het dan betekenen een feest te bouwen op een koninklijke figuur? En dan nog op een koning van het heelal? Misschien dat we gewoon lezen wat er staat: mijn koningschap is niet van hier. Hij is de koning die een waarheid dient, de énige waarheid, die niet in formules of in eden wordt vastgelegd, maar in de waarheid, dat alleen wie in waarachtigheid mensen dient, een koninklijke mens wordt. Dat is de waarheid: dat je in naam van God niets anders meer doen kan, dan de macht afzweren en gaat dienen.

Zo is de koninklijke mens niet diegene, die op de troon zit, maar diegene, die andere mensen op de troon plaatst. Niet diegene, die overal als een geslaagd mens, als een grote wordt vereerd, maar diegene, die de kleine mens vereert.

In het koninkrijk van God gaat de kleine voorop: hij draagt de vlag, hij roept ons op om mee te gaan op deze smalle weg, waar we vele mensen niet zullen zien!