Hou je vast in het geloof en de liefde van Christus Jezus (2 Tim. 1,13)

“Het geloof is het grootste mirakel”, had de predikant gezegd tijdens een Lourdesbedevaart. Deze zin is de vrouw, die voor haar huwelijksreis naar Lourdes was geweest, haar leven lang bijgebleven. Toch was er enige scepsis te horen wanneer ze deze zin aanhaalde. Trad ze de zanger bij die zong: « Tout est tellement beau lorsqu’on croit que c’est vrai » ?

Dites si c'était vrai
S'il était né vraiment à Bethléem dans une étable
Dites si c'était vrai
Si les rois Mages étaient vraiment venus de loin de fort loin
Pour lui porter l'or la myrrhe l'encens
Dites si c'était vrai
Si c'était vrai tout ce qu'ils ont écrit Luc Matthieu
Et les deux autres
Dites si c'était vrai
Si c'était vrai le coup des Noces de Cana
Et le coup de Lazare
Dites si c'était vrai
Si c'était vrai ce qu'ils racontent les petits enfants
Le soir avant d'aller dormir
Vous savez bien quand ils disent Notre Père quand ils disent Notre Mère
Si c'était vrai tout cela
Je dirais oui
Oh sûrement je dirais oui
Parce que c'est tellement beau tout cela
Quand on croit que c'est vrai.

Geloof en vertrouwen

De apostelen vroegen aan Jezus om meer geloof. Ze baden hiermee vooral om meer vertrouwen.

Zij hadden al eerder hun geloof uitgesproken in Jezus door de mond van Petrus. Die had op de vraag van Jezus naar zijn identiteit geantwoord: “Gij zijt de Messias, de zoon van de levende God.”

Is dit geloof aan het twijfelen gegaan toen Jezus daarna sprak over zijn weg naar Jeruzalem en over het lijden dat hem daar te wachten stond?

Was hun vertrouwen aan het zinken, wanneer zij dachten wat met hen zou gebeuren na het heengaan van Jezus? Zagen ze op tegen de toekomstige moeilijkheden van hun opdracht?

Schrokken ze terug voor de eisen van een leven in het rijk Gods?.

Jezus had harde woorden gezegd over de rijkdom en de omgang met geld.

Hij had ook gesproken over vergiffenis en verzoening, die je tot zeventig maal zeventig zou moeten beoefenen.

Het is kort na dat gesprek over de broederlijke liefde dat zij die korte bede tot Jezus richten: “Geef ons meer geloof.”

Schenk ons meer geloof, dit is geen vraag om het geloofsboek dikker te maken en er meer geloofspunten in te steken.

Het is de vraag om vertrouwen, dat dit mag groeien en blijven.

Het is de vraag om de kracht om te doen wat het geloof vraagt.

Geloof is het ja woord aan God om wat hij ons brengt en waartoe hij ons oproept in Jezus.

Het is geen kwestie van een aantal cm meer of enkele grammen zwaarder.

De kracht van het zaad

Jezus antwoordt met het beeld van het mosterdzaadje, het kleinste van alle zaden. Het gaat hem niet over de lengte en het gewicht, over de kwantiteit van het zaad, maar over de kracht die het bevat. Dit bezit een kracht, maar het zaad moet verzorgd en aan de aarde toevertrouwd..

Zaad het is toch iets wonder, zo klein en er kan zoveel uitgroeien.

Het zaad kan groeien en een boom worden. Jezus gaat met dit beeld wel even de spectaculaire toer op, want de mosterdplant zou in staat zijn een zware moerbeiboom te ontwortelen of een zware berg te verplaatsen.

Jezus geeft aan dat een klein geloof en een beetje vertrouwen kracht bezitten. Wij kunnen hierbij denken aan ondernemers, die grote dingen tot stand hebben gebracht en die klein waren begonnen. Wij denken aan christenen die met een groot vertrouwen zich hebben inzet en zelfs hun leven hebben gegeven.

Het is een waagstuk om het zaad aan de aarde toe te vertrouwen en om geduldig te wachten tot het opschiet en vruchten voortbrengt.

Een jongeman had een droom.

Hij ging een winkel binnen en achter de toonbank zag hij een engel. Haastig vroeg hij hem: ‘Wat verkoopt u, meneer?’

De engel antwoordde vriendelijk: ‘Alles wat u maar wilt, meneer.’

De jongeman zei: ‘Dan zou ik graag hebben: het einde van de oorlog in de hele wereld, ik zou willen dat de mensen meer met elkaar praten en naar elkaar luisteren, ik wil aandacht voor de kleinen en de zwakken, een warme kerkgemeenschap, meer tijd voor ouders om met hun kinderen te spelen en …’

De engel onderbrak hem en zei: ‘Oei, jongeman, u hebt mij verkeerd begrepen. We verkopen hier geen vruchten. We verkopen hier alleen zaadjes.’

Bij storm

Het geloof en het vertrouwen worden op de proef gesteld, als we weinig resultaat zien, als er tegenwind is en de nacht aanbreekt. Dit hadden de apostelen al ervaren wanneer zij bij storm het meer overstaken en dachten dat ze aan het vergaan waren en hun laatste uur was geslagen.

Het geloof van de Israëlieten in Jahweh was al vaak op de proef gesteld. Zij voelden zich verlaten. De profeet Habakuk heeft dit ervaren. Hij komt met zijn klacht bij Jahweh. “Hoe lang moet ik nog roepen, Heer, terwijl Gij maar niet luistert? Hoelang moet ik de hemel nog geweld aandoen, terwijl Gij maar geen uitkomst brengt?” (Hab. 1,2-3)

Het is een actuele bede bij mensen die lijden, bij mensen die slachtoffer zijn van oorlogsgeweld, bij vluchtelingen, bij armen en behoeftigen.

Gelovigen in het Westen hebben zorgen omdat God uit het westerse gezichtsveld verdween en omdat zijn comeback uitblijft. (Zie Louis Dupré over herkomst en toekomst van de moderne mens Tertio 2 mei 2018, n° 951).

Heer, geef ons meer vertrouwen en geloof.

Wij vragen het u, omdat we ervaren dat vertrouwen en geloof aan het verminderen zijn. Wij vragen u om stand te houden en de moed in deze wereld te blijven getuigen van dit vertrouwen.

Bidden om licht

In deze missiemaand kijken we meer dan andere maanden uit naar christenen in andere landen. Samen met hen dragen we een verantwoordelijkheid opdat Jezus woord leven mag geven. Voor elke christen geldt het woord van Paulus aan Timotheus: “Vergeet niet het vuur aan te wakkeren van Gods genade” (2 Tim. 1,6)..

Wat Jezus en Lucas zeggen over de knechten en de dienaars die moeten klaar staan als de Heer komt, beantwoordt niet aan huidige arbeidsreglementen en syndicale overeenkomsten. Zij drukken ermee uit dat de Heer verwacht dat wij trouw zijn aan het dienstswerk. Hoe groeien wij in geloof? Door in trouw ons dienstwerk op te nemen!

Uithouden als het nacht is en de Heer wegblijft. Het geloof dient tot niets tenzij om vol te houden.

Lead, Kindly Light

Leid, vriendelijk licht, te midden ’t duister dat me omringt,
Leid gij mij voort!
De nacht is donker, en ik ben ver van huis –
Leid gij mij voort!
Richt Gij mijn voet; ik vraag niet om te zien
De verre einder – één stap is mij genoeg.

IK was niet altijd zo, noch bad ik dat Gij
Mij voort zoudt leiden;
Ik verkoos mijn eigen weg te banen en te zien, maar nu
Leid gij mij voort!
Ik verkoos het felle daglicht en, alle vrees ten spijt,
De hoogmoed beheerste mijn wil: herinner U niet voorbije jaren.

Zo lang heeft uw macht mij gezegend, ze zal me zeker
Verder leiden!
Door heide en ven en over rots en vloed, totdat
De nacht is heengegaan;
En met de morgen ’t gelaat der engelen glimlacht
Die ik sinds lang heb liefgehad, en voor een tijd verloor.

(Henry Newman, vertaling Adelbert Denaux)