Gegrift in hun hart (2009)

5e zondag vasten 2009 Jer 31,31-35 Hebreeën 5, 7-9 Jo 12, 20-33 Bloemenv In de eerste lezing zegt God via de profeet: ik zal een nieuw verbond sluiten en ik zal mijn wet in hun hart griffen.  

5e zondag vasten 2009 Jer 31,31-35 Hebreeën 5, 7-9 Jo 12, 20-33 Bloemenv

 

In de eerste lezing zegt God via de profeet: ik zal een nieuw verbond sluiten en ik zal mijn wet in hun hart griffen.

Ik denk dat dit het volgende kan betekenen:

Palestina, het land van Gods volk bestaat uit twee delen:het Noorden -Galileia- en het Zuiden - Judea (met Jeruzalem).

In Jeruzalem stond de tempel, met daarin de ark met de twee stenen tafelen. En de tempel beschouwden zij als de woonplaats van God op aarde. Dààr dachten ze dat God dicht bij hen was en dat er hen eigenlijk bijna niets kon gebeuren. En de mensen die in Galileia woonden, het Noorden, dat minstens 100 km van Jeruzalem af was, daarvan dachten ze dat God heeeeeeel ver van hen weg was. Maar zo'n 600 jaar voor Christus wordt Judea, het Zuiden veroverd door de Babyloniërs en worden de mensen in Judea weggevoerd naar Babylon. Dus heeeeeeeeel ver weg van God. Maar wanneer het rijk van de Babyloniërs ten onder gaat, zijn er nogal wat mensen die niet naar Judea en Jeruzalem terug keren, want.... ze hebben ervaren dat God overal is daar waar je zijn geboden onderhoudt. Je hoeft niet in Judea of Jeruzalem te zijn om dicht bij God te zijn. OVERAL wat je Gods geboden onderhoudt, daar is God. M.a.w. je hoeft niet dicht bij de tempel te zijn, niet dicht bij de ark met de twee stenen tafelen, als je Gods geboden maar in je HART grift, m.a.w. als je maar leeft - om het even waar- volgens die geboden: daar ervaar je God.

En het duidelijkste voorbeeld daarvan is wel Jezus. Jezus leefde in Galiliea, verweg van de tempel, maar niemand heeft hier op aarde zo dicht bij God gestaan als Hij. Als er iemand is van wie we kunnen zeggen dat Gods geboden in het HART gegrifd waren, dan is Hij het wel. Al leefde Hij verweg van de tempel en de ark met de twee stenen tafelen, Hij was een mens die tenvolle leefde volgens Gods geboden. Dat blijkt vooral omdat Hij er was voor mensen in nood, mensen die ziek waren, in de put zaten, arm waren, geen toekomst meer zagen. En heel dikwijls kwamen de problemen van die mensen voort uit onderdrukking door de machthebbers, mensen die zich meer voelden als de anderen, die de touwtjes in handen hadden en mensen opofferden aan hun MACHT. Daarom reageerde Jezus ook tegen diegenen die hun macht misbruikten, tegen vele van de Schriftgeleerden en van de tempelpriesters. En Hij wist als hij tegen hen reageerde, dat het zijn leven kon kosten. Dat wist Hij maar al te goed. Maar Hij schrok niet terug om hun machtsmisbruik aan te klagen en ertegen in te gaan.

Hij had - VOOR hij voor de hoge raad moest komen op op Goede Vrijdag- zich kunnen terug trekken, vluchten, ergens anoniem verblijven en dan maar zwijgen en geen goed voor de mensen meer doen. Maar dat wou Hij niet, zo zou Hij God niet trouw zijn, geen godminnend mens zijn. Hij ging verder met zijn Goddelijke opdracht en WIST dat dit zou betekenen zijn dood, gepaard met veel lijden. Hij koos voor lijdend goed te doen, dan voor levend ‘dood' te zijn. Is Hij bang voor dat lijden? Jazeker! We horen Hem duidelijk zeggen: nu het zover is, is mijn ziel ontsteld, ik zou zeggen Hij is er helemaal onderste boven van.Dat vertelt ons ook Paulus vandaag. De angst heeft Hem in haar macht. Hij is geen houten pop, maar een mens van vlees en bloed zoals wij mensen allemaal, allemaal met onze angsten, zelfs doodsangsten.

Wel mag Hij voor zijn lijden hier in de wereld nog een sprankeltje hoop zien. We weten dat hij door het grootste deel van zijn eigen volk als Verlosser, Messias wordt verworpen. Maar in de lezing van vandaag mag Hij meemaken dat zelfs heidenen -Grieken- in Zijn Boodschap en manier van leven geïnteresseerd zijn. Misschien is dat ook wel het ‘uur van de waarheid', zijn Boodschap en leven hier op aarde is niet voor niets geweest. Ook anderen dan zijn volgelingen geloven in wie Hij is. Wie zich geeft, wie geeft van wie hij is, geeft anderen leven. Maar wie alles voor zichzelf houdt, geeft anderen geen leven. Vandaar Zijn uitspraak: de graankorrel die op zichzelf blijft, blijft een graankorrel, maar de graankorrel die aan zichzelf sterft, brengt nieuwe vruchten in veelvoud voort. Anders gezegd: wie zijn leven verliest - wie zijn leven ook ten dienste stelt voor anderen- die wint leven.

Omdat Hij dat ten uiterste gedaan heeft, weet Hij ook dat Hij door God zal verheerlijkt worden.

In dit stuk evangelie spreekt Jezus over lijden, niet alleen moreel lijden, maar ook fysiek lijden. Hij zal moeten lijden omdat ze Hem niet begrijpen, omdat Hij het goede wil en toch niet begrepen wordt. Zo is er in de wereld en ook bij ons lijden door onbegrip voor mekaar, door het feit dat wij mensen het zo moeilijk hebben van goed voor mekaar te zijn. Als wij trouw zouden zijn aan Gods geboden, zou de wereld van veel lijden gespaard blijven.

Maar buiten dit moreel, emotioneel en psychisch lijden, dat we zouden kunnen vermijden door naar Gods geboden te leven,  is er ook veel lichamelijk lijden door ziekte, ongevallen, ouderdom. Door Gods geboden te onderhouden zullen we dat lijden niet uitschakelen, we kunnen mekaar daar alleen maar in helpen, nabij zijn, troost zijn. Maar uitschakelen daardoor kunnen we niet. Toch ben ik er heilig van overtuigd dat God dat lichamelijk lijden niet wil, ons zeker niet aandoet. Jezus Christus heeft dat fysieke lijden meegemaakt, Hij weet wat het is. Daarom hoop ik echt dat mensen die fysiek lijden bij Hem meedeleven, kracht en troost kunnen vinden.