De juiste frequentie (2000)

Het kan heel goed gebeuren dat we in een trein, in een vliegtuig of op een boot zitten met de open vraag: Zit er nu wel beweging in of staan we stil? Maar dan begint er hier en daar wat te rammelen, we worden een beetje heen en weer geschud. Het is duidelijk, er begint vaart in te komen. Daar zijn we blij om, maar toch zijn we met dat gerammel en geschud niet zo gelukkig en als het vliegtuig een beetje veel schudt hoor je hier en daar ook een gilletje. “ Ik wil er uit”. Doe dat toch maar niet, want dat is pas echt gevaarlijk.

De kerkgemeenschap is al vanouds vergeleken met een schip. Ene Johannes en nog drie anderen hebben het logboek vanaf het begin een beetje bij gehouden en meteen bleek het schip nog zowat in de haven al vast te zitten. Er was een meningsverschil onder de officieren over wie mee mocht varen als christen; alleen christenen van joodse komaf of ook vroegere heidenen. Men begon getuigend over het dek te rennen. Uiteindelijk kwam men tot overeenstemming en het schip vertrok en zwalkt met wisselende voortvarendheid door de geschiedenis.

Maar op dit moment lijkt het zowat stil te liggen of zelfs achteruit te varen. In elk geval weinig beweging, alleen hier en daar wat gekraak. Menig goede zwemmer is al overboord gesprongen en tracht nu op eigen houtje de kust te bereiken. Zeer riskant! Sommige bemanningsleden zweren bij de oude methode om een schip vooruit te krijgen en ze vinden daarbij vooral aanhang onder de officieren. Zo mogen we zeggen dat onze bisschoppen beslist een eigen mening hebben, maar tegelijk zijn er een heleboel ervaren en goedwillende bemanningsleden, die menen dat bijvoorbeeld een zeil voor zo’n groot schip als de kerk in onze tijd echt niet meer werkt. Toch vragen ook zij zich af waarom de motor die zij hebben ontworpen en geïnstalleerd uitgerekend nú niet wil aanslaan, zoals de anderen zich afvragen waarom het niet waaien wil. Er moet dus hulp van buitenaf komen en toevallig – nou ja, toevallig?- mogen we vandaag vernemen dat er een soort stormhelikopter klaar staat met alle hulpmiddelen aan boord.

De Heilige Geest wordt Hij genoemd. Die kan troost brengen, want velen zijn er moedeloos en wanhopig onder geworden. Die kan goede raad geven en vooral die is hard nodig nu niemand blijkt te weten hoe het moet. Het is de geest van waarheid, want we zouden het onderhand wel eens willen weten, wie het bij het rechte eind heeft. Het is ook de geest van geduld. Wat dacht u daar van? Want hoe lang duurt dit al?

Maar hoe krijgen we zo’n waarachtig goddelijk gezegende geest naar hier? Dan moeten we ons nu herinneren dat Jezus van Nazareth erop gewezen heeft dat we alleen maar klaar hoeven te staan voor ontvangst. Het is als met een radio of TV: alleen met een goede antenne komt er beeld en geluid binnen. Zonder antenne alleen maar irritant geruis. Jezus heeft zo’n antenne duidelijk beschreven. Het is dezelfde antenne waarmee we dagelijks kunnen afstemmen op onze medemens, vooral de kleine mens, degene die tekort komt. Ziehier de frequentie die nodig is om Gods Geest te ontvangen. De ontvanger hoeft verder alleen te zorgen voor goed contact met het centrum van ons doen en laten: ons hart. Dan ontstaat er een impuls en er zal beweging komen, of u nu zweert bij oude of nieuwe manieren van voortbewegen. ( Al houd ik persoonlijk het op de nieuwe manieren). We kunnen al elke dag zien dat het werkt bij ouders die zich inzetten voor belangeloze dienst aan hun gezin, voor het dagelijks brood en welzijn: overal trouwens waar mensen zich belangeloos inzetten voor vrede en gerechtigheid, overal waar mensen zeventig maal zeven keer vergeven. Daar is afgestemd op de goede frequentie, daar komt de Goede Geest binnen. Die stormhelikopter staat dag en nacht klaar en wacht op dat ene drukje op de knop van onze kant en dan is er voor ons alle redenen om die landing te vieren. Pinksteren dus. Zo zij het: Amen.