4° Zondag Advent B (2011)

×

Waarschuwing

JUser: :_load: Kan gebruiker met ID: 419 niet laden

Onze vorige bisschop, Monseigneur Hennie Bomers zaliger gedachtenis, was, zoals dat een bisschop betaamt, een zeer rechtzinnig man. Tóch heb ik destijds verschillende keren geregistreerd, dat ook híj zich af en toe een bepaalde kleine "liturgische vrijheid" veroorloofde, terwijl hij daar van de andere kant soms zo heftig tegen kon fulmineren: tegen vrijheden die priesters zich permitteren in de viering van de liturgie.

Het was ná het Onze Vader. Dan bidt de priester, mensen die de kerk geregeld bezoeken weten het; de priester bidt dan, na het Onze Vader: "Verlos ons Heer van alle kwaad." Bisschop Bomers heb ik daar verschillende keren aan horen toevoegen, wat in de tekst van de liturgie niet staat: "verlos ons kwaad, van alle verwarring". Dat woord "verwarring". Je kon horen aan de manier waarop hij dat woord "verwarring" uitsprak dat hij er een hartgrondige hekel aan had, aan die verwarring. En hij vond, hij was van mening, dat daarvan, van verwarring, in de Nederlandse samenleving en vooral ook binnen de Rooms-Katholieke Kerk in Nederland, in sterke mate sprake van was. Wij waren hier in Nederland heel erg in de war vond de bisschop.

Bisschop Bomers ging op zaterdag 12 september 1998 een brief posten. Hij kreeg op straat een hartverlamming en stierf ter plekke. Sinds zijn dood zijn we wat betreft die verwarring met onze kerk niet veel opgeschoten zou je kunnen denken. Nu afgelopen week de commissie Deetman het eindrapport heeft uitgebracht van haar onderzoek naar seksueel misbruik binnen onze Katholieke Kerk in Nederland, is de zaak opnieuw in rep en roer. Verwarring alom. En bleef het daar maar bij ... Maar ook binnen uw eigen parochie is er de laatste tijd veel beroering geweest vanwege een voorgenomen herstructurering van mistijden waartoe inmiddels ook besloten is. Allerlei mensen hier hebben het daar moeilijk mee. Het stelt hen voor problemen. En ze zijn in verwarring.

In het spreken over die verandering van mistijden zijn soms felle en ook harde woorden gesproken, woorden waar een mens niet blij van wordt. Velen hebben ook schriftelijk laten weten hoe ze over één en ander denken. Eén van de mooiste bijdragen in dit verband kwam van Yousef. Hij is afkomstig uit Annaba, de stad in Algerije, waar in de vijfde eeuw de grote kerkvader Sint-Augustinus bisschop was. Yousef schreef: "De goede verandering brengt vreugde en blijdschap. De verkeerde verandering brengt pijn en isolatie." Kijk: dát vond ik nu wijze woorden!

Verandering, beroering, verwarring. Hoe ermee om te gaan?

Ook in het evangelie van deze vierde adventszondag is sprake van verwarring. Maria "raakte geheel in verwarring door wat" de engel tegen haar zei en "zij vroeg zich af wat deze begroeting te betekenen had". En als die engel dan vervolgens aankondigt dat zij, ongehuwd, zwanger gaat worden, dan wordt de verwarring, ja onsteltenis nog groter: "Maar hoe moet dat dan?" zei Maria tegen de engel. "Ik heb geen omgang met een man". Wat de engel allemaal zegt over het kind, de zoon, waarvan Maria de moeder moet worden, dat is heel bijzonder, heel belofterijk. Maar ... het is geen doorsnee-zwangerschap. Want: waar is de Vader? Wíe is de vader? God is de vader! Ja, maak dat je tante maar wijs ... Je zou maar in Maria haar schoenen staan ... Haar leven schudt op z'n grondvesten. Haar verwarring is groot, oneindig véél groter dan onze verwarring vanwege de mistijden. Maar misschien mogen wij de verwarring van Maria wél vergelijken met die van slachtoffers van seksueel misbruik. Want ook voor haar geldt: Zij heeft nergens om gevraagd. En: het overkomt haar maar. En: in haar leven, haar wezen, wordt diep ingegrepen, door die zwangerschap van Godswege ... Die zwangerschap zal haar leven tekenen en het voor altijd veranderen.

Wat Maria meemaakt, dat maakt haar denk ik eenzaam. Want die ontmoeting die zij heeft met haar engel, dat is iets heel intiems, iets heel particuliers. Die ontmoeting speelt zich af, met name denk ik, in haar eigen hoofd en hart. En die ontmoeting, die beleving, kan zij, in elk geval in eerste instantie, met niemand delen. Wat zij meemaakt, daardoor wordt zij beproefd. Daardoor wordt met name haar geloof beproefd. Misschien hebben we er iets aan, aan die beproeving van het geloof van Maria, voor beproevingen van ons geloof die wij in deze tijd meemaken: in verband bijvoorbeeld met de verandering van de mistijden in onze kerk en de manier waarop we daartoe gekomen zijn én in verband met het seksueel misbruik. De verwarring van Maria is in die zin denk ik een heilzame verwarring.  "Voor God is niets onmogelijk" zegt de engel: Jij, Maria, een meisje nog, te jong om al moeder te worden, maar ook Elisabeth, jou verwante (je tante of je nicht): zij was al veel te oud om nog zwanger te worden, maar tóch is het gebeurd, want ... "voor God is niets onmogelijk". Ja, zo is het veelgeliefden. Wij mogen dat althans geloven. Tot dat geloof worden wij uitgenodigd: om te geloven dat door Gods kracht (de naam "Gabriël" betékent "kracht van God"!); dat daardoor onmogelijke situaties en hopeloos lijkende levens ook - dat daar nog iets van terecht kan komen, dat door nog iets moois uit kan groeien, dat mensen en situaties tegen allerlei vormen van nood, verdrukking en misbruik desnoods ín, kunnen genezen, kunnen groeien naar voltooiing en vrucht kunnen dragen.

Die rottige en verrotte kerk van ons, die vele mensen geheel hebben afgeschreven, kan dat nog wat worden? Gisteravond in een t.v.-programma Debat op twee kwam ook een oude priester aan het woord, Ton Hoedemaker. In zijn jonge jaren was hij werkzaam geweest op een internaat. Maar hij had zich niet schuldig gemaakt aan misbruik, integendeel. Eén van de slachtoffers, eveneens aanwezig, zei over hem: "Hij was een held. Hij ging wél integer en goed met de jongens om. Hij zette zich écht voor hen in. Hij nam het altijd voor hen op." Deze priester Ton Hoedemaker gaf als antwoord op de vraag of er nog wel toekomst zou zijn voor onze kerk als antwoord: "Als het schip vergaat, dan pas zal blijken: wie kan zwemmen, wíe dan toch nog zegt: ik ga verder met die boodschap van Jezus Christus."

Dierbare parochianen en gasten van deze Vredeskerk: ons geloof wordt op de proef gesteld. We maken in verband met onze kerk dingen mee die "niet leuk zijn" om het met een understatement te zeggen. We staan er binnen onze samenleving, binnen onze familie- en vriendenkring relatief alléén mee. Geloven, als katholiek, kan in deze tijd een behoorlijk heikele, zéér betwiste en aangevochten en dus eenzame zaak zijn. Van bevestiging door andere mensen hoeven we "het" niet te verwachten. En daarvan moeten we "het" ook niet hebben trouwens.

"De goede verandering brengt vreugde en blijheid" - de woorden van Yousef. Het aan het licht komen van het seksueel misbruik, het rapport van de commissie Deetman. Het is denk ik een goede zaak die kan leiden tot een goede verandering en dus vreugde en blijheid. Ook de verandering van mistijden waar wij vóór staan is mijns inziens een goede zaak. Als ik daar niet van overtuigd was, dierbare parochianen, dan zou ik het u níet aandoen. Als het goed is, dan zal die verandering vreugde en blijheid gaan geven - vooral vóór en in verband met de kinderen - die ons uiteraard álles waard zouden moeten, een offer ook. En, mocht ik mij vergissen en mocht die verandering "pijn en isolatie" brengen om met Yousef te spreken, dan draaien we die verandering na verloop van tijd desnoods gewoon weer terug ... simpel zat ... Maar: laten we daar niet van uitgaan, maar laten wij mét Maria vandaag onszelf en onze kerkgemeenschap toevertrouwen aan de God voor wie niets onmogelijk is.

Vanmorgen was ik, zoals in principe elke morgen, om zes uur reeds hier in de kerk, waar het op dat uur nog geheel donker is in deze tijd van het jaar. Ik was helemaal alleen. En mij werd aangereikt een tekst van de profeet Jesaja die ik eigenlijk niet goed kende en die voor mij verrassend was. Met enkele regels van die tekst wil ik deze verkondiging nu graag besluiten:

"Ik heb u gedragen van kindsbeen af, vanaf uw geboorte. Ik blijf u dragen tot in uw ouderdom, tot ge grijs zijt blijf ik u torsen. Ik blijf het doen, Ik blijf u dragen en torsen, Ik zal u redden." Moge het zo zijn. Amen.