Optreden om te getuigen

×

Waarschuwing

JUser: :_load: Kan gebruiker met ID: 233 niet laden
Een chassidisch verhaaltje vertelt: In Ropschitz, de stad van Rabbi Neftali, huurden de rijke mensen ‘s nachts wachters om hun huizen aan de rand van de stad of in eenzame gebieden te bewaken. Toen Rabbi Neftali op een avond langs de rand van het bos liep, ontmoette hij daar een op en neer wandelende wachter. Hij vroeg hem: 'Voor wie loop jij hier?' De man gaf hem een antwoord en vroeg dan op zijn beurt: 'En jij, Rabbi, voor wie loop jij?' Die vraag trof de rabbi als een pijl in het hart. 'Tot nog toe loop ik voor niemand', zei hij met moeite, en toen stapte hij een tijdlang zwijgend naast de man op en af. 'Wil jij mijn dienaar worden?' vroeg hij eindelijk. 'Heel graag', antwoordde de man, 'maar wat moet ik doen?' - 'Mij eraan herinneren!' zei Rabbi Neftali.

Voor wie loopt u? Voor wie loop ik door het leven? Loop ik dikwijls niet alleen voor mezelf? Loop ik voor een zaak? Loop ik voor iemand anders? Het verhaaltje zegt dat Rabbi Neftali door die vraag tot in zijn hart getroffen was. Hij kende de wet van buiten en toch erkent hij: 'Tot nog toe loop ik voor niemand'. Hij wist dat hij iemand nodig had om hem er steeds weer aan te herinneren voor wie en voor wat hij door het leven ging.

Zo iemand hebben wij nodig. En wij lezen vandaag in het evangelie: 'Er trad een mens op van Godswege gezonden. Hij kwam tot getuigenis, om te getuigen van het licht opdat allen door hem tot geloof zouden komen'.

Johannes de Doper trad niet op voor zichzelf. 'Ik ben het niet', zei hij. Hij trad ook niet op voor een zaak. Hij kwam om te getuigen voor Hem, die onder hen stond: Jezus, het Licht van de wereld! Johannes trad op voor Christus. Heel zijn leven is een verwijzing naar Hem.

Op het Isenheimeraltaar van Grunewald staat Johannes afgebeeld met een uitzonderlijk lange wijsvinger. Dat typeert hem: hij is een verwijzing. Heel zijn leven is een getuigenis geworden. Hij kwam uit de woestijn, daar waar alles wegvalt wat tot het normale leven behoort: amusement, geld verdienen, carrière. De absolute een¬zaamheid had hem tot een voortdurende ontmoeting met God gebracht. Daardoor was hij bereid voor God te getuigen met het getuigenis van zijn bloed.

Deze Johannes wil ons er telkens weer aan herinneren tijdens de advent: Voor wie loopt u hier rond? Wat maakt u van uw leven? Evenals Johannes is het onze taak getuigenis af te leggen. In deze dagen voor Kerstmis kunnen we het stil maken in ons hart, alles een beetje van ons laten afvallen om vrij te zijn voor Jezus' komst. Als wij in gebed en bekering voor Jezus openstaan, zullen wij ook levensecht getuigenis afleggen voor deze wereld.

De duisternis heerst ook in onze wereld, de mensen kennen Christus niet meer. Ik bedoel hier niet de grote gebeurtenissen uit het leven van Jezus: die kent iedereen tamelijk goed. Jezus moet echter het leven van elke mens vullen, Jezus moet het licht zijn dat hun leven leidt op de weg van vrede.

Wij kunnen in deze dagen optreden voor Jezus met het getuigenis van ons leven.
Toen ik pas priester was gewijd, dacht ik heel de wereld te bekeren. Ik had grote plannen en grote dromen. Toen ik twintig jaar later pastoor werd, had ik nog de droom heel de parochie te bekeren. Maar nu ik ouder word, kom ik meer en meer tot het inzicht dat ik niet eens met mijn eigen bekering klaar ben.
Wat kan ik dan wel doen? Met heel mijn leven verwijzen naar Jezus en zeggen: 'God is ons altijd helpend nabij. Hij geeft ons de macht kinderen van God te worden'.

Wij komen met zoveel mensen in contact. Zouden wij voor hen een verwijzing naar Jezus kunnen zijn? Zouden wij kunnen optreden zoals Johannes, om te getuigen: het gaat niet om mij, maar midden onder u staat Hij die gij niet kent?

Kunnen wij getuigen dat God de wereld liefheeft? Dat Hij de Verlosser is, die ons komt bevrijden en die ons zeer nabij is? Kunnen wij getuigen dat God de wereld liefheeft? Dat Hij de Verlosser is, die ons komt bevrijden en die ons zeer nabij is?

Op die manier kunnen wij onze medemensen hoop geven en hen oproepen om nieuwe wegen te gaan van gerechtigheid en broederlijke zorg.