De selectie (2011)

Een club of vereniging in leven houden is in onze tijd geen sinecure. Met de groei van de bevolking is het ledental meestal wel wat gegroeid maar niet navenant. Die malaise is niet te wijten aan de doelstellingen, want daar mankeert nog steeds niets aan. Toch is het moeilijk om overeind te blijven; geschikte bestuursleden, bijna niet aan te komen en vooral de betrokkenheid van de leden is flink ingezakt. Menige sportclub telt leden die niet of nauwelijks op de bijeenkomsten komen, sommige die zelfs slechts af en toe op de training zijn, tot ergernis bij het bestuur en de trouwe leden. Buurtverenigingen en ouderverenigingen kennen hetzelfde probleem en zangkoren die vierstemmig hebben ingestudeerd zien zich genoodzaakt het af en toe met drie stemmen te doen. Het verenigingsleven heeft voorspoediger tijden gekend. 50 Jaar geleden was het een eer om feestelijk achter het clubvaandel te mogen marcheren. Die verandering in betrokkenheid heeft allerlei oorzaken. Degenen die zeggen te weten hoe dat zit zijn onderling verdeeld en we zullen dat onderwerp voor een ander moment opsparen. Een ander facet springt naar voren: Bij de trouwe harde-kernleden valt keihard de vraag op tafel: Moeten we die randleden wel blijven handhaven? Dat is niet zo simpel te beantwoorden, want welke selectiecriteria moeten dan worden toegepast. Mensen die zelden of nooit acte de présence geven, maar wel de contributie betalen, dienen die er uit te worden gegooid? Ze steunen wel, zij het slapjes. Dan zijn natuurlijk hardliners die geen pardon kennen: Slechte leden ondermijnen de hele vereniging, dus eruit! In de grote kerkgemeenschappen gaat het misschien een ietsje milder, maar niet zo veel. Leden die een afwijkende visie er op na houden worden in het ergste geval geëxcommuniceerd, zodat ze geen deel meer mogen nemen aan de sacramenten of mogen niet meer deelnemen aan het Avondmaal. In andere gevallen wordt hun een spreekverbod opgelegd of worden ze op een af andere manier op een zijspoor gezet. Dat gebeurt dan onder het motto: "Beter een klein groepje zeer getrouwen, dan een hele hoop middelmaat of nog minder". Deze aanpak vraagt om tegenwicht en daarom mag iedereen weten dat er wel degelijk echte steunpilaren voor de goede zaak zijn. Die worden dan naar voren geschoven, "zalig" verklaard worden of zelfs "heilig". Ook in kerkgemeenschappen, de R.K.Kerk niet uitgezonderd, hangt het natuurlijk sterk af van wie er in het bestuur zit, welke criteria er worden gehanteerd en hoeveel geduld er kan worden opgebracht. Dat kan, net als in elke vereniging, in de ene periode totaal verschillen met de vorige.
Het evangelie van vandaag speelt zich af in een periode dat de hardliners het voor het zeggen hadden. Die blindgeborene paste niet binnen de joodse wetten die door de Schrifgeleerden en Farizeeën werden gehandteerd. Hij werd er uit gegooid en hij was niet de enige en de eerste(en niet de laatste). Maar in diezelfde periode treedt Jezus Christus naar voren. Hij neemt het op voor die blindgeborene, Hij behoudt het contact met een overspelige vrouw, met halfsoortige joden zoals Samaritanen, Hij stuurt zelfs een heidense officier niet weg, enzovoorts. Alweer wordt ons voorgehouden en voorgeleefd hoe de God van Joden en Christenen wil dat wij met elkaar omgaan. God zelf gooit niemand er uit en dat hoeft niet omdat de criteria worden bijgesteld, niet aan de hand van de hardliners, maar aan de hand van een Hem die een en al liefde is. Is meteen een handleiding voor ons omgaan met elkaar.
Het zou kunnen zijn dat u en ik een zaligverklaring en zeker een heiligverklaring mis lopen, maar het mag ons toch een troost en bemoediging zijn dat wat mensen ook aanvoeren om ons uit de selectie te gooien, God zelf heeft eindeloos geduld en gooit ons er nooit uit. Amen