In de kracht van één en dezelfde Geest (2011)

 

Pinksteren is een feest van geestdrift.  Een dag van hoop en optimisme.  Een dag van vertrouwen in de toekomst.  Het feest verbindt eenheid en verscheidenheid.  Het bestendigt de aanwezigheid van de Verrezen Heer in zijn gemeente.  Hij vervult wat hij in zijn afscheidsrede beloofde.  Hij schenkt vrede, vreugde, hij zendt de heilige Geest.  Hij breekt de ban van angst, die apostelen binnen hield (Joh. 20,19-23).  Hij zendt hen voor een werk van vergeving en verzoening.  De Geest is er niet alleen voor de twaalf.  Hij komt in Jeruzalem over de mensen in het cenakel.  Vrome mensen, afkomstig uit alle volkeren onder de hemel (Hnd. 1,5), hoorden hen spreken in hun eigen moedertaal.  De apostel Paulus ziet de Geest aan het werk in het lichaam van Christus met zijn vele ledematen en zijn vele bedieningen.  Geest overwint verschillen.  Hij is de toerusting voor wie Jood is of Griek, slaaf of vrij.

De Geest is een bondgenoot van Jezus.  Hij helpt ons om Jezus als Heer te erkennen.  Op Pinksteren zijn we dankbaar voor de velen die over hem getuigen, door hun gebed, door hun inzet, in hun dienstwerk.  Er is verscheidenheid.  De aanpak van mijn buur verschilt van de mijne.  Onze smaken verschillen.  Er zijn verschillen in gebedsvormen en in tradities.  Ik kan over een aantal dingen zeggen zoals ik het eens hoorde van kardinaal Suenens: “It is not my cup of tea.”  Hij zelf hield veel van charismatisch bidden.  Bepaalde vormen kunnen je minder liggen, maar dit belet niet er aandacht aan te besteden.  Het pinksterfeest helpt om de Geest te horen in de grote verscheidenheid en er doorheen de Heer Jezus zelf dichtbij te weten.

Schouder aan schouder, rug tegen rug, samen vooruit!!!”  Op die manier wou een groepsleider alle neuzen in de zelfde richting zetten. 

Laten we oog hebben voor het rijke palet van getuigenissen.  Bij de theepauze in Taizé ontmoette ik een jonge Afrikaan uit Ivoorkust.  Hij stuurde me in de Paastijd een verhaal, dat hij van de website nycodem had overgetapt.

Een pastor en zijn zoontje van elf verspreidden elke zondag folders over evangelisatie.  Een bepaalde zondag was het koud en het regende fel.  De vader vond dat geen weer om er op uit te trekken.  Maar de jongen had zich reeds aangekleed en wou toch gaan.  “Papa, lopen de mensen geen geestelijk gevaar zelfs op de dag dat het regent?”  De kleine trok er alleen op uit.  Na twee uur had hij al zijn folders uitgedeeld.  Hij had er juist nog één over.  Aan wie of in welk huis zou hij het afgeven?  Hij keerde terug naar een huis waar hij was aan voorbijgegaan.  Hij belde, maar niemand deed open.  Hij ging dan maar verder en voelde toch de drang naar dat huis terug te keren en nog een keer te bellen.  Hij liet de bel lang rinkelen.  En een deur ging open boven op een balkon.  Een oude dame met een trieste blik deed open.  “Jongen, wat kan ik voor jou doen?” vroeg ze.  De jongen met een stralende blik antwoordde: “Madame, het spijt me dat ik u kwam storen.  Maar ik wou u enkel zeggen dat Jezus van u houdt.  Ik ben gekomen om u mijn laatste boekje te geven.  Daarin staat alles over Jezus en zijn grote liefde voor u.”  De dame nam het aan en dankte de jongen.  “Dat God je zegene.
 

De daaropvolgende zondag vroeg de dominee, zoals hij het gewoonlijk deed, of er iemand nog een getuigenis wou brengen.  Een oude vrouw stond op van bij de laatste banken.  “Ik ben hier onbekend en kom hier voor de eerste keer naar de dienst.  Ik hoor niet tot een kerk.  Mijn man is overleden.  Ik ben alleen op de wereld.  Het doet me veel pijn en vooral in de lange winter was het zeer lastig.  Vorige zondag was het een triestige regendag.  Ik had er genoeg van.  Ik had geen zin meer om verder te leven.  Ik had al een koord aan de balk geknoopt en stond op een stoel om er van af te springen.  Juist op dat moment werd er gebeld.  Ik wachtte even.  Er werd opnieuw gebeld.  Ik ben van de stoel gestapt.  Ik deed de deur open en zag daar een stralend jong gelaat.  Die jongen was zo vriendelijk.  Hij zei: “Madame, ik ben alleen maar gekomen om u te zeggen dat Jezus van u houdt.”  Hij gaf me een boekje, het was een tekst van het evangelie.  Ik was zo getroffen dat ik daarna de knoop van de balk losgemaakt heb.  Het adres van jullie kerk stond op de achterkant van het boekje dat die lieve jongen me gegeven heeft. Zo ben ik hier.”

En in die gemeente, waar zo gemakkelijk lofprijzingen klinken, werd er gezongen en gedankt om het goede dat er gebeurd was.  God doet grote dingen.

De dominee was heel gelukkig.  Hij kwam vanuit het koor en ging naar de bank waar zijn zoontje zat.  Hij nam hem in de armen en hij was fier en dolgelukkig.

Misschien is dit verhaal een constructie.  We kunnen er Jezus in terugvinden, door zijn Vader gezonden in een kille wereld en om in deze wereld zijn Geest van Liefde mede te delen.

Sylvain, die vanuit Lyon dit getuigenis doorstuurde, schreef erbij. : « Je t’envoie ce témoignage que je viens de lire sur Nycodem. Net.  Il m'a fait du bien et profondément ému!  Je souhaite le partager avec toi. »   Internet is een middel bij de evangelisatie.  Dank voor de goede boodschappen die surfers er ontdekken en verder doorgeven.  Waarom zou het waaien van de Geest ook daar niet merkbaar zijn?  Zalig Pinksterfeest.