Inkeer (2008)

Van eigentijdse ondernemers vast best wel wat te leren. Velen van hen hebben begrepen dat de beste manier om achterop te raken is: alles laten zoals het altijd of al lange tijd is geweest. Dat doen ze niet en daarom staat er elke dag wel weer iets in de vakken te grijp waarop in grote letters "geheel vernieuwd" of iets van dien aard. Of dat ook zo is, blijft natuurlijk de vraag, maar wij hebben meer vertrouwen in producten die voortdurend kritisch worden beoordeeld dan wanneer er op zou staan: "al honderd jaar hetzelfde". Een enkele keer kijken we naar de kleine lettertjes en dan blijkt het met die zelfkritiek nogal mee te vallen, want niemand geeft graag toe dat het knudde was hetgeen er tot nu toe werd aangeboden. Dat is één van de redenen waarom b.v. schoenlepels of knopjes op een apparaat zelden fundamenteel anders zijn. Daarbij blijft staan: Goed is goed en kun je misschien het best zo laten.
Dat is waar als er toch eens even kritisch naar gekeken is.
Als het om mensen gaat, om onszelf bijvoorbeeld dan zijn we wat terughoudender in onze kritische kijk. Jonge mensen verwijten graag aan ouderen dat ze zo star vast houden aan verworvenheden uit het verleden in de overtuiging dat wat vroeger goed was, nu ook nog wel goed zal zijn. Inderdaad wordt zelfkritiek met de jaren niet gemakkelijker. Daarmee is nog lang niet gezegd dat jong en zelfkritisch samen vallen, al moeten we vaststellen dat van heel veel  gedragingen gezegd kan worden: "Geheel vernieuwd". Dat is niet hetzelfde als geheel verbeterd, want het kan evengoed geheel misgekleund zijn.
Het evangelie van vandaag roept ons op eens goed naar onszelf te kijken en waar nodig of nuttig verbetering aan te brengen. Het is een oproep tot inkeer. Daar worden meteen wat kanttekeningen bij gezet ter lering vooral van de gevestigde orde die wel Jezus nauwgezet volgde om Hem op fouten te kunnen betrappen, maar niet zichzelf. Hoe braaf je ook altijd bent geweest in het verleden, bezinning en inkeer mag niet achterwege blijven ondanks alles wat zich in onszelf daartegen verzet. Niemand mag zichzelf als geslaagd eindproduct beschouwen zo wordt ons over de rug van farizeeën uit die tijd gezegd.
Bovendien wordt aangegeven dat mensen die van zichzelf weten dat ze niet deugen, zoals toentertijd hoeren en tollenaars, dat die vaak door dit bewustzijn eerder tot inkeer komen dan degenen die menen al op het juiste spoor te zitten. Jezus bleek ook mensenkennis te hebben.
Maar de oproep tot inkeer is niet alleen de zelfgenoegzamen, jong of oud, gericht. Nog een ander groepje wordt het in de oren geroepen: de praatjesmakers, die zoals die zoon in het evangelie zeggen van alles te gaan doen om de samenleving te verbeteren, die overal gaten en scheuren hebben gezien en zie wel eens zeggen te gaan dichten, die de vinger op vele wonden leggen en voor genezing zeggen in te staan. En dan zijn ze aan de beurt en dan gebeurt er niets.
Nee, inkeer is bezinnen en inzien, maar vooral doen.
Elke lezing van het evangelie bevraagt ons op onze medemenselijkheid, ons geduld, bereidheid tot vergeven, tot hulp bieden in al z'n varianten, bevraagt ons op onze bereidheid tot inkeer te komen richting God zelf en richting onze medemens om daarna "geheel vernieuwd" ons leven te vervolgen. Misschien komt het er vandaag wel van.