26e zondag door het jaar A 2008

Wie doet de wil van de Vader? Pubers hebben heel sterk de neiging om te reageren als de tweede zoon "Nee, ik wil niet". Überhaupt hebben de Nederlanders - in de puberteit of niet - soms wat last van opstandige gevoelens. Als de paus of een politieagent (die overigens weinig gemeenschappelijk hebben al denken sommigen dat) tegen een willekeurige katholiek of burger iets zeggen in de sfeer van ‘dit moet je doen', dan staan alle stekels overeind. "Dat maak ik zelf wel uit" is de eigentijdse variant van "Ik wil niet".
Wie doet de wil van de Vader? Voor veel mensen heeft de Vader niet zoveel te willen. Wij zijn zelf het middelpunt van het heelal en wat wij willen - dat telt! Het grote probleem voor de hedendaagse christen lijkt niet de opstandigheid, maar de eigengereidheid. Niet zozeer een nee tegen de ander, maar een ja tegen het ik.
Nu gaat de gezonde christelijke psychologie ervan uit, dat je pas een volwaardig mens wordt, als je echte, diepe relaties kunt aangaan met andere mensen. Je wordt wie je bent door de mensen met wie je omgaat. Wie zich opsluit in zichzelf en de medemens niet toelaat in zijn hart, wordt beslist minder gelukkig en evenwichtig als degene die open staat naar anderen; je kunt wel denken jezelf alles te leren, maar je leert het meest van anderen. ‘Single' zijn is wel ‘in', maar depressiviteit, angst en eenzaamheid ook. Alleen is maar alleen en als je niemand hebt om ruzie mee te maken, heb je ook geen vrienden.
Wie doet de wil van de Vader? Allereerst zou de luisteraar zich eens mogen afvragen: word ik misschien gelukkiger door de zender van mijn wil af te stemmen op een andere golflengte dan die van het eigen ikje? Want daarom wordt de lange inleiding gehouden. Wie principieel geen autoriteit aanvaardt omdat hij eigenlijk alleen zijn eigen mening aanvaardt, wil niet horen van de wil van de Vader, wil niet horen van God.
Wie doet de wil van de Vader? Dat is degene die ervoor kiest om te luisteren, om open te staan, niet alleen voor de ander-met-een-kleine-letter: de mensen van wie hij houdt, maar ook voor de Ander-met-een-hoofdletter: God met wie elke gedoopte een unieke Vader-Kindrelatie heeft. De wil van de Vader - als we daar als zijn zonen en dochters aan willen geloven - is liefde. Hij wil ons als zijn kinderen, omdat Hij van ons houdt. Zijn liefde gaat alles vooraf. Volgens Jezus is de liefde ook de vervulling van wet en profeten, want zoals Johannes zegt in zijn eerste brief: God is liefde. Welnu, liefde is iets tussen personen, nooit iets wat rondcirkelt in het eigen ikje. Wie iets wil doen met de liefde van God als Vader voor alle mensen, mag dan ook eerst de deur open zetten. Het gevolg zal zijn, dat hij ook de deur openzet om de wil van de Vader te doen: liefde geven, liefde zijn. Geen groter gebod wordt aan ons gegeven, behalve dan: bemin, bemin, bemin!
Wie doet de wil van de Vader? Wie zich láát beminnen, gáát beminnen. Het is duidelijk dat de wil van de Vader een werkwoord is: beminnen. Niet praten over geboden en voorschriften, maar in beweging komen met je hart. Niet discussiëren over de Kerk en waarom de paus dit en de bisschop dat, maar op zoek gaan naar broers en zussen, mede-kinderen van de ene Vader.
De wil van de Vader is daarom ook geen onderwerp van pubers en eigengereide mensen. Alleen wie van harte begrijpt dat zogenaamde opdrachten en voorschriften er niet zijn om ons ikje te pesten, maar omdat er iemand van ons houdt, gaat niet met de stekels overeind. Waarschijnlijk is dat gebeurd met de tweede zoon. Aanvankelijk wilde hij niet - de kleine puber - maar toen hij besefte dat de Vader hem uit liefde vroeg voor het mooie werk in de wijngaard, kwam hij zelf tot een antwoord in liefde. De eerste zoon had het niet helemaal begrepen. Ook hij had de liefde kunnen ontdekken, maar ondanks zijn gehoorzaamheid, luisterde hij niet met zijn hart.
Wie doet de wil van de Vader? Dat is dus degene die zich láát beminnen en gáát beminnen. Zalig wie de wil doet van de Vader - van harte. Amen.