De schrijver van het boek Wijsheid van Jezus Sirach is een wijs man en hij geeft goede raad. Het boek is wellicht twee eeuwen vóór de geboorte van Christus geschreven.
Wie ze zal hem tegenspreken wanneer hij beweert dat wrok en gramschap afschuwelijk zijn en niets goeds teweegbrengen.
Koester geen wrok
Wrok vergalt het gemoed en leidt tot een houding van revanche.
Het is wel begrijpelijk dat wanneer iemand geslagen wordt, hij of zij geneigd zijn terug te slaan en liefst nog harder dan de aanvaller. Maar zo belandt men in een lawine van geweld, die niet ophoudt. Genesis, het eerste boek van de Bijbel waarschuwt er al voor:
“Luister naar mij. Wie mij verwondt, die sla ik dood., zelfs wie mij maar een striem toebrengt. Kaïn werd zevenmaal gewroken. Lamech zevenenzeventigmaal” (Gen. 4,23-24).
Op zoveel plaatsen is er onrust. Waar gevochten wordt, worden wonden geslagen die jaren nodig hebben om geheeld te worden.
Groepen kunnen jarenlang naast elkaar leven zonder veel contact. Zo was het in de tijd van Jezus tussen Samaritanen en Joden. “Joden onderhouden namelijk geen contact met de Samaritanen”, noteert Johannes in het vierde evangelie (Joh. 4,9). En hoe is het gesteld in onze steden, tussen centrum en periferie, tussen rijk en arm?
Tegenover de wrok staat de toenadering, waar mensen opnieuw met elkaar gaan spreken, waar vredesgesprekken starten, waar kan vergeven worden.
Het samenleven brengt spanningen mee, zowel in de familie, in de omgang met collega’s. Door ons doen en laten, door ons spreken en zwijgen kunnen we elkaar pijn doen. Dan is er meer nodig dan het woordje ‘sorry’ uit te spreken. Waar we mensen gekwetst hebben, waar onrecht is gebeurd, is er nood aan herstel en vergeving. “Vergeving is de manier om weer heel te worden” (Desmond Tutu).
Hoe dikwijls?
“Heer, als mijn broeder tegen mij misdoet, hoe dikwijls moet ik hem dan vergeven?” vraagt Petrus aan Jezus. Dit zal wel geen theoretische vraag geweest zijn, maar wellicht al ingegeven door het leven en samenwerken met de andere leerlingen; Wanneer de vrouw van Zebedeus aan Jezus vroeg om promotie voor haar twee zonen, voor een goede plaats in het koninkrijk, waren de tien anderen die dit hadden gehoord, kwaad op beide broers (Mt. 20,20-28).
En wellicht zijn er met Judas al enkele wrijvingen geweest en waren zijn opmerkingen niet altijd in goede aarde gevallen (Mt. 26,6-16).
De maatstaf van Jezus is groter dan deze van Petrus: “Neen, zeg ik u, niet tot zevenmaal toe, maar tot zeventigmaal zevenmaal.” Het lijkt erop dat dit wil zeggen altijd. Ja, bij Jezus staat de vergeving hoog aangeschreven. In de Bergrede had hij al de noodzaak van verzoening belicht (Mt. 5,20-24), en gevraagd om de vijand te beminnen (Mt. 6,43). Hij had zijn toehoorders tevens bijgebracht hoe ze moeten bidden en aan de Vader in de hemel vragen: “Vergeef ons onze schulden, zoals ook wij vergeven hebben aan onze schuldenaren” (Mt. 6,12).
Mattheus geeft maar één bede van Jezus op het kruis: “Mijn God, mijn God, waarom hebt Gij Mij verlaten” (Mt.,27,46). Lucas geeft er twee. De gekruisigde Jezus bad: “Vader, vergeef hun, want ze weten niet wat ze doen” (Lc., 23,34). En tot de rouwmoedige misdadiger zei Jezus: “Vandaag nog zult gij met Mij zijn in het paradijs” (Lc., 25,43).
In het spoor van Jezus hebben doorheen de eeuwen velen de moed gehad om hun vijanden te vergeven. Stefanus, de diaken uit de Handelingen, volgt Jezus na: “Terwijl zij Stefanus stenigden, bad hij en riep hij met luider stem: “Heer, reken hun deze zonde niet aan” (Hdl. 7,60).
Jacques Mourad is sinds maart 2023 aartsbisschop van Homs in Syrië. In 1993 heeft hij de kloostergeloften afgelegd in het klooster Deir Mar Mousa. In 2015 werd hij als kloosterling ontvoerd door IS-aanhangers en was hij vijf maanden door hen gegijzeld. Zijn ontvoerders eisten van hem dat hij zich tot de Islam zou bekeren, zo niet zouden ze hem doodslaan. Hij bleef trouw aan zijn roeping en zou zijn kruis opnemen. Hij heeft elke dag voor zijn ontvoerders Jiihadisten gebeden. Door de hulp van een jonge moslim is hij en samen met vijftien andere gevangenen kunnen ontsnappen. Het gebed en de barmhartige blik op hen, die hem gevangenhielden, hebben hem geholpen. (Jacques Mourad, Een gegijzelde monnik, De vredesstrijd van een gevangene van de jihadisten, Halewijn, 2023).
Tijdens het assisenproces over de aanslagen in Maalbeek en Zaventem sprak Sébastien Bellin, basketspeler. Hij werd gewond in de Luchthaven bij de tweede bom die er ontplofte. Hij sprak op het einde van zijn getuigenis de beschuldigden aan. "Heren, jullie advocaten hebben geëist dat jullie als mensen worden behandeld. Ik vraag vandaag om ons ook als mensen te behandelen, te luisteren, naar ons te kijken. Ik heb beslist om jullie te vergeven, op die manier maak ik mezelf los van de wreedheden waarvan jullie beschuldigd worden. Ik wil nog meer plaats geven aan de liefde en maak me los van de haat waarvan jullie beschuldigd worden." De beschuldigden leken wel degelijk naar hem te kijken
Het kan pijn doen wanneer de hand die je met de vergeving aanreikt niet wordt aangenomen.
De milde en strenge koning
Mattheus heeft bij de oproep tot vergeving een parabel toegevoegd. Een koning ontslaat een van zijn dienaren van een ontzaglijke grote schuldenlast. Maar hij geraakt in woede wanneer deze dienaar hardvochtig optreedt tegenover een andere dienaar die een veel kleinere som moet teruggeven. Met die parabel wou Jezus wijzen op de dynamiek die er zou moeten zijn, dat wanneer je zelf barmhartigheid ondervindt, je deze moet doorgeven aan anderen. God vergeeft ons onze schuld. Hij wil elke dag opnieuw met ons beginnen, waarom zouden we niet hetzelfde doen in onze omgang met medemensen?
De koning van de parabel staat voor God, die uiteindelijk de rechter is en een hard oordeel zou kunnen vellen.
Tegelijkertijd hopen we met psalm 102, de tussenzang van deze zondag, dat God barmhartig is en welgezind, lankmoedig en goedertieren.
Van verschillende kanten wordt ons gezegd dat vergevingsgezindheid goed is voor het hart.
„Wer seinen Nächsten verurteilt, der kann irren. Wer ihm verzeiht, der irrt nie“ (Karl Heinrich Waggerlà. „Wie zijn naaste veroordeelt, kan verkeerd zijn. Wie hem kan vergeven, vergist zich niet.”
Veel hangt ook af van de manier waarop wij de wereld bekijken.
**********
De tempel met de duizend spiegels
Een hond had van de tempel met de duizend spiegels gehoord. Hij wist niet wat spiegels zijn, maar zijn verlangen om de tempel te bezoeken was groot. Na een tocht van enkele weken kwam hij bij de tempel. Hij liep de trappen op, en toen hij door de poort was gegaan, keken uit duizend spiegels duizend honden naar hem. Dat verheugde hem en hij kwispelde met zijn staart. Toen verheugden zich ook in de spiegels duizend honden en kwispelden met hun staart. Hij verliet de tempel met het bewustzijn: de wereld is vol met vriendelijke honden. Van nu af aan ging hij dagelijks naar de tempel met de duizend spiegels.
Op een middag kwam een andere hond in de tempel met de duizend spiegels. Toen hij door de poort was gegaan, keken uit duizend spiegels duizend honden naar hem. Hij werd bang, liet zijn tanden zien en gromde. Toen gromden uit de spiegels duizend honden met ontblote tanden terug. De hond trok zijn staart in en liep weg met het bewustzijn: De wereld is vol met boze honden. Nooit meer kwam hij terug naar de tempel met de duizend spiegels. (Geplukt op internet)