Wie durft de consequenties aan? (2005)

×

Waarschuwing

JUser: :_load: Kan gebruiker met ID: 554 niet laden
Hebt u niet een beetje te doen met Petrus? Vorige week hoorden we hoe hij vol vuur zei: Jezus, jij bent de Christus, Jij bent Gods gezalfde, de Messias, naar wie zouden we anders moeten luisteren dan naar Jou Jezus, Wie beter dan Jij kan ons leren hoe wij als goede mensen kunnen leven! Jezus heeft Petrus toe een groot compliment gegeven: hem gezegd op jou Petrus kan ik bouwen. Jij bent een rots op jou bouw ik mijn kerk, jij bent degene die de mensen kan laten zien hoe Ik geleefd heb.

Maar ach arm, Petrus, met dezelfde ijver waarmee hij zijn geloof in Jezus heeft uitgesproken, reageert hij opnieuw. We hebben dit zo juist in het evangelie gehoord. Wanneer Jezus voor het eerst begint te vertellen dat hij zal moeten lijden, reageert Petrus onmiddellijk: hij pakt Jezus bij zijn mantel, trekt Hem een beetje naar de kant en zegt: zoiets mag niet gebeuren, dat moet God verhinderen.

Jezus is verontwaardigd. Petrus krijgt te horen waar zijn plaats is, niet Jezus hinderen op de weg die Hij moet gaan, niet Jezus voor de voeten lopen, maar achter Jezus, als een volgeling in zijn voetspoor. Arme Petrus hij lijkt nu meer een struikelblok dan een rotsblok.

De weg van Jezus zal de weg van alle volgelingen worden. Want zegt Jezus: wie mijn volgeling wil zijn, moet zijn kruis opnemen. Alleen diegene zal leven vinden die de consequenties wil aanvaarden en zijn leven durft te verliezen omwille van de weg die Ik ga.

Harde taal! Wil God dan het lijden? Zijn we pas echt goed Christen als het leven zo zwaar mogelijk is?

Ik denk het niet. Ik geloof niet dat God wil dat het leven van mensen zo zwaar mogelijk wordt, of dat God het lijden voor ons wil. Dat klopt niet met wat we in de verhalen van de bijbel kunnen lezen. Er loopt toch een rode draad door al die verhalen, de rode draad van Gods zorg voor mensen. En we zien het in Jezus: Hij draagt zorg voor zieken, Hij heeft een hoopvol woord voor mensen, Hij helpt hen weer op de been. Hij doet zijn mond open en protesteert als de leiders de armen uitbuiten en aan hun lot overlaten.

God hoopt dat mensen tot leven komen, dat ze geluk vinden. In Jezus zien we hoe dat geluk voor mensen mogelijk wordt, het is niet een zaak van: als het mij maar goed gaat, als ík maar tot leven kom. Het gaat er niet om dat we alle schijnwerpers op ons zelf zetten, en de mensen en dingen naar onze hand zetten, in onze dienst.

Jezus volgen, in zijn voetspoor gaan, vraagt dat we onszelf inzetten voor de ander, dienstbaar zijn.

Het evangelie laat ons vandaag zien dat je inzetten voor de ander, de weg van God gaan, moeite kost, veel moeite soms, en het kán je leven kosten. Dat zien we aan Jezus, dat zien we aan zoveel mensen die zijn opgekomen voor hun medemensen en die het niet hebben opgegeven toen het moeilijk werd.

Petrus en de andere leerlingen hadden tijd nodig om te begrijpen wat het is volgeling van Jezus zijn en de consequenties daarvan te aanvaarden. Zij zijn niet de enige.

In de eerste lezing hoorden we de klacht van Jeremia, hij is een prachtig voorbeeld van een mens die worstelt met zijn roeping. Hij heeft zich ingezet voor de zaak van God. Hij roept de mensen op om zich te bekeren, maar het is hem gauw duidelijk dat ze daar niet van willen horen. Ze horen liever vleiende woorden. Jeremia krijgt stank voor dank en twijfelt of het wel zin heeft. Het liefst zou hij alles aan de kant gooien, rust hebben en niet al dat gedoe van mensen die hem uitlachen en voor gek verklaren. En toch leeft diep in hem het besef, dat het God zelf is die hem aanzet.

Idealen, een roeping, een overtuiging, de weg van Jezus gaan, soms kost het heel wat om daaraan vast te houden. Soms lachen anderen je uit, noemen ze je ouderwets, nemen ze je niet serieus, zeggen dat je een uitslover bent, onrust zaait en geen hart hebt voor de belangen van je eigen mensen. Het kan zich afspelen in het groot maar ook in het klein: thuis tussen ouders en kinderen, en kinderen en ouders, tussen buurtgenoten, op het werk, in de parochie gemeenschap.

Kiezen voor God, kiezen voor het evangelie, volgeling van Jezus zijn het zal ons direct de kóp niet kosten. Dat zeg ik nu wel, maar ieder van ons kent genoeg voorbeelden van mensen die gewoon op straat, gewoon onderweg het opnamen voor een ander, en zomaar vermoord werden omdat zij mensen aanspraken op hun gedrag. Als we dit zien gebeuren wordt het moeilijker voor ons om te weten wat we moeten doen wanner we zien dat een ander bedreigd wordt: moet ik wél iets doen, of me toch maar blind en doof houden? Toch maar kiezen voor veiligheid.

Naast het grote geweld is er.... die kleine dood. Wanneer ze je voor gek verklaren, als ze zeggen dat je naïef bent. Wanneer je in de verleiding komt te denken dat het toch allemaal niets uithaalt en je net zo goed het bijltje erbij kunt neergooien. Je kunt zó teleurgesteld worden in mensen om je heen, in leden van de geloofsgemeenschap dat je je gaat afvragen: waar doe ik het allemaal voor? Wat haalt het uit?

De schriftlezingen roepen ons op om in het voetspoor van Jezus te gaan, ook al brengt dat het kruis mee. De Schrift roept ons op ons niet te laten leiden door gevoelens van tegenzin, van onmacht, van niet zien zitten, van angst, maar door te gaan.

Jeremia en Petrus, twee grote voorbeelden van geloof, twee mensen waarop de kerk steunt, en dat zijn ze geworden ondanks, of misschien wel juist door al hun twijfels en zoeken heen. Zij hebben geleerd om de consequenties van hun roeping te aanvaarden. God kon op hen bouwen omdat zij door teleurstelling en twijfel heen de draad toch oppakten en in het voetspoor van Jezus zijn blijven gaan. Zij zijn de pijn en de last van het kruis niet uit de weg gegaan. Maar zij hebben ook diep in zich dat vuur mogen voelen dat Gods kracht met hen meegaat.

Van harte wens ik ons allen toe, dat ook wij diep in ons zelf dat vuur mogen voelen en dat het ons de kracht zal geven om de weg van Jezus te gaan en de consequenties die dat meebrengt te aanvaarden; het zal anderen blij maken en hoop geven en ook ons zelf geluk en vrede.